Maximale vulling
GEBRUIKERSHANDLEIDING
WASMACHINE
In deze gebruiksaanwijzing komt u symbolen tegen die het volgende betekenen:
Informatie, advies, tip of aanbeveling
Waarschuwing – algemeen gevaar
Waarschuwing – elektrische schok
Waarschuwing – gevaar heet oppervlak
Waarschuwing – brandgevaar
Het is belangrijk de gebruiksaanwijzing aandachtig te lezen.
Ga voor gedetailleerde instructies en tips scan de QR-code op het typeplaatje.
WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID
Lees voor het eerste gebruik van de wasmachine de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door.
Gebruik de wasmachine niet, als u voor het gebruik niet eerst de gebruiksaanwijzing heeft gelezen.
De gebruiksaanwijzing van de wasmachine is aangepast aan verschillende types/modellen van wasmachines, daarom kan het gebeuren dat instellingen worden beschreven die uw machine niet bezit.
Niet naleven van de gebruiksaanwijzing of verkeerd gebruik van de wasmachine kan leiden tot beschadiging van het wasgoed, de wasmachine of de gebruiker. Bewaar de gebruiksaanwijzing in de buurt van de wasmachine.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden en soortgelijke toepassingen, zoals:
-
personeelskeukens in winkels, kantoren en andere werkomgevingen;
-
boerderijen;
-
door gasten in hotels, pensions en andere woonomgevingen;
-
bed & breakfasts.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt in:
-
gemeenschappelijke ruimtes in flatgebouwen of wasserettes.
De wasmachine is niet bestemd voor gebruikers (ook kinderen) die lichamelijk en geestelijk beperkt zijn en ervaring en kennis missen. Deze personen moeten worden geïnstrueerd over het gebruik van de wasmachine door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
De wasmachine mag alleen worden gebruikt met het meegeleverde netsnoer.
Om gevaar te voorkomen, mag een beschadigd netsnoer alleen vervangen worden door de fabrikant, een servicemonteur of een geautoriseerd persoon.
De wasmachine mag niet worden aangesloten op het lichtnet via een externe schakelaar, zoals een tijdklok of op een lichtnet dat door de stroomleverancier periodiek wordt in- en uitgeschakeld.
Instructies voor gebruik zijn verkrijgbaar via de klantenservicecentra van Hisense.
Volg de gebruiksaanwijzing voor de juiste plaatsing van de Hisense wasmachine en aansluiting op het water- en elektriciteitsnet (zie het hoofdstuk »PLAATSING EN AANSLUITING«).
Het aansluiten op de waterleiding en op het elektriciteitsnet moet door een deskundig vakman worden uitgevoerd.
Onderhoud en reparaties in verband de veiligheid en prestatie van de machine moeten worden uitgevoerd door erkende deskundigen.
Plaats de wasmachine niet in een ruimte, waar de temperatuur onder de 5°C kan dalen, aangezien bepaalde onderdelen van de wasmachine door bevriezing kunnen beschadigen.
De ventilatieopeningen aan de onderkant van de wasmachine mogen niet worden geblokkeerd door vloerbedekking.
Bij aansluiting van de wasmachine op de waterleiding moeten verplicht de bijgeleverde slang en pakking worden gebruikt. De waterdruk moet tussen 0,05 en 0,8 MPa (0,5–8 bar) liggen.
Voor aansluiting van de wasmachine op de waterleiding moet de nieuwe waterslang worden gebruikt; oude waterslangen mogen niet meer worden gebruikt.
De waterafvoerslang moet aangesloten worden op de afvoer. Het uiteinde van de afvoerslang mag niet reiken tot in het afvoerwater.
Druk de deur voor iedere wasbeurt in zijn slot totdat deze vastklikt. Tijdens de werking van het wasprogramma mag de deur niet worden geopend.
Wij raden aan om voor de eerste wasbeurt mogelijke onzuiverheden uit de trommel van de wasmachine te verwijderen door het gebruik van het programma Cotton 90°C (Katoen 90°C) (zie PROGRAMMA TABEL).
Draai na het wassen de waterkraan dicht en trek de stekker uit het stopcontact.
Gebruik de wasmachine alleen voor het wassen van wasgoed, zoals beschreven in de gebruiksaanwijzing. De machine is niet bedoeld voor chemisch reinigen.
Tijdens het wasprogramma vormen zich geen zilverionen.
Gebruik alleen wasmiddelen voor de machinewas en wasverzorging. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade of verkleuring van pakkingen en plastic onderdelen als gevolg van onjuist gebruik van bleek- of kleurstoffen.
Gebruik bij verwijdering van kalkaanslag middelen met een aanvullende bescherming tegen roest. Neem de aanwijzingen van de fabrikant in acht! Sluit het ontkalkingsproces af met meervoudig spoelen of met het Drum clean (Zelfreinigend programma) om alle resten van zuur (bijv. azijn, enz.) te verwijderen.
Gebruik geen wasmiddelen die oplosmiddelen bevatten, aangezien dit kan leiden tot het vrijkomen van giftige gassen, schade aan de wasmachine en brand- en explosiegevaar.
Kinderbeveiliging
Laat geen kinderen jonger dan drie jaar in de buurt van het apparaat komen, tenzij ze onder voortdurend toezicht staan.
Laat kinderen niet met de apparaat spelen.
Houd het wasmiddel en wasverzachter buiten bereik van kinderen.
Schakel de Kinderbeveiliging in. Zie het hoofdstuk »STAP 4: KEUZE INSTELLINGEN/Kinderbeveiliging«.
Overtuig uzelf, voordat u de deur van de wasmachine sluit en het wasprogramma start, ervan dat er zich in de trommel niets anders bevindt dan het wasgoed (een kind kan bijvoorbeeld in de trommel zijn gekropen en van binnenuit de deur hebben dichtgedaan).
De wasmachine is vervaardigd overeenkomstig de voorgeschreven veiligheidsstandaarden.
Deze wasmachine mag worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door personen met verminderde fysieke, zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mits ze onder passend toezicht staan tijdens het gebruik van de wasmachine, als ze zijn voorzien relevante instructies met betrekking tot veilig gebruik van de wasmachine, en of ze de gevaren van oneigenlijk gebruik begrijpen.
Zorg ervoor dat kinderen niet met de wasmachine spelen.
Kinderen mogen de wasmachine niet reinigen of onderhoudstaken uitvoeren aan het apparaat zonder adequaat toezicht.
Gevaar van een heet oppervlak
Bij hoge temperaturen kan het glas van de deur opwarmen. Zorg ervoor dat u zich niet brandt. Laat kinderen niet in de buurt van het glas van de deur spelen.
WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID
Lees voor het eerste gebruik van de wasmachine de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden en soortgelijke toepassingen, zoals:
-
personeelskeukens in winkels, kantoren en andere werkomgevingen;
-
boerderijen;
-
door gasten in hotels, pensions en andere woonomgevingen;
-
bed & breakfasts.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt in:
-
gemeenschappelijke ruimtes in flatgebouwen of wasserettes.
De droger is bestemd om te worden gebruikt door personen (ook kinderen) met verminderde lichamelijke of geestelijke vermogens of zonder ervaring en kennis. Deze personen moeten instructie krijgen over het gebruik van de droger van personen die verantwoordelijk zijn voor hun veiligheid.
De wasmachine mag alleen worden gebruikt met het meegeleverde netsnoer.
Om gevaar te voorkomen, mag een beschadigd netsnoer alleen vervangen worden door de fabrikant, een servicemonteur of een geautoriseerd persoon.
De wasmachine mag niet worden aangesloten op het lichtnet via een externe schakelaar, zoals een tijdklok of op een lichtnet dat door de stroomleverancier periodiek wordt in- en uitgeschakeld.
Het aansluiten op de waterleiding en op het elektriciteitsnet moet door een deskundig vakman worden uitgevoerd.
Onderhoud en reparaties in verband de veiligheid en prestatie van de machine moeten worden uitgevoerd door erkende deskundigen.
Plaats de wasmachine niet in een ruimte, waar de temperatuur onder de 5°C kan dalen, aangezien bepaalde onderdelen van de wasmachine door bevriezing kunnen beschadigen.
De ventilatieopeningen aan de onderkant van de wasmachine mogen niet worden geblokkeerd door vloerbedekking.
Bij aansluiting van de wasmachine op de waterleiding moeten verplicht de bijgeleverde slang en pakking worden gebruikt. De waterdruk moet tussen 0,05 en 0,8 MPa (0,5–8 bar) liggen.
Voor aansluiting van de wasmachine op de waterleiding moet de nieuwe waterslang worden gebruikt; oude waterslangen mogen niet meer worden gebruikt.
De waterafvoerslang moet aangesloten worden op de afvoer. Het uiteinde van de afvoerslang mag niet reiken tot in het afvoerwater.
Druk de deur voor iedere wasbeurt in zijn slot totdat deze vastklikt. Tijdens de werking van het wasprogramma mag de deur niet worden geopend.
Wij raden aan om voor de eerste wasbeurt mogelijke onzuiverheden uit de trommel van de wasmachine te verwijderen door het gebruik van het programma Cotton 90°C (Katoen 90°C) (zie PROGRAMMA TABEL).
Draai na het wassen de waterkraan dicht en trek de stekker uit het stopcontact.
Gebruik de wasmachine alleen voor het wassen van wasgoed, zoals beschreven in de gebruiksaanwijzing. De machine is niet bedoeld voor chemisch reinigen.
Gebruik alleen wasmiddelen voor de machinewas en wasverzorging. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade of verkleuring van pakkingen en plastic onderdelen als gevolg van onjuist gebruik van bleek- of kleurstoffen.
Gebruik geen wasmiddelen die oplosmiddelen bevatten, aangezien dit kan leiden tot het vrijkomen van giftige gassen, schade aan de wasmachine en brand- en explosiegevaar.
Gebruik bij verwijdering van kalkaanslag middelen met een aanvullende bescherming tegen roest. Neem de aanwijzingen van de fabrikant in acht! Sluit het ontkalkingsproces af met meervoudig spoelen of met het Drum clean (Zelfreinigend programma) om alle resten van zuur (bijv. azijn, enz.) te verwijderen.
Kinderbeveiliging
Waarschuwing – algemeen gevaar
Waarschuwing – algemeen gevaar
Laat geen kinderen jonger dan drie jaar in de buurt van het apparaat komen, tenzij ze onder voortdurend toezicht staan.
Laat kinderen niet met de apparaat spelen.
De wasmachine is vervaardigd overeenkomstig de voorgeschreven veiligheidsstandaarden.
Houd het wasmiddel en wasverzachter buiten bereik van kinderen.
Deze wasmachine mag worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door personen met verminderde fysieke, zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mits ze onder passend toezicht staan tijdens het gebruik van de wasmachine, als ze zijn voorzien relevante instructies met betrekking tot veilig gebruik van de wasmachine, en of ze de gevaren van oneigenlijk gebruik begrijpen.
Zorg ervoor dat kinderen niet met de wasmachine spelen.
Kinderen mogen de wasmachine niet reinigen of onderhoudstaken uitvoeren aan het apparaat zonder adequaat toezicht.
Gevaar van een heet oppervlak
Waarschuwing – gevaar heet oppervlak
Bij hoge temperaturen kan het glas van de deur opwarmen. Zorg ervoor dat u zich niet brandt. Laat kinderen niet in de buurt van het glas van de deur spelen.
BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE
VOORKANT
-
Aanraakbedieningsunit
-
Aan/uit- en programmakeuzeknop
-
Doseerbak
-
Deur
-
Typeplaatje
-
Pompfilter
ACHTERKANT
-
Slang watertoevoer
-
Aansluitsnoer
-
Afvoerslang
-
Instelbare pootjes
Technische gegevens
(afhankelijk van het model)
Het typeplaatje met gegevens over de wasmachine bevindt zich aan de binnenzijde van de deur van de wasmachine (zie hoofdstuk »BESCHRIJVING WASMACHINE«).
|
Zie typeplaatje |
||
Breedte |
600 mm |
600 mm |
600 mm |
Hoogte |
850 mm |
850 mm |
850 mm |
Diepte wasmachine (a) |
465 mm |
545 mm |
610 mm |
Diepte bij gesloten deur |
495 mm |
577 mm |
640 mm |
Diepte bij open deur (b) |
980 mm |
1062 mm |
1125 mm |
Gewicht wasmachine |
X kg (afhankelijk van het model) |
||
Nominale spanning |
Zie typeplaatje |
||
Aansluitvermogen |
Zie typeplaatje |
||
Aansluiting |
Zie typeplaatje |
||
Waterdruk |
Zie typeplaatje |
||
Stroom |
Zie typeplaatje |
||
Frequentie |
Zie typeplaatje |
Typeplaatje
Link naar de EPREL-database van de EU
Sinds 1 maart 2021 is informatie over eisen voor energie-etikettering en ecologisch ontwerp beschikbaar in de EPREL-productdatabase van de EU.
De QR-code op het energielabel dat met het apparaat is meegeleverd, bevat een weblink
waarmee u uw geregistreerde product kunt opzoeken in de EPREL-database van de EU.
In deze database is ook informatie te vinden over de prestaties van het product. De
database is te vinden op https://eprel.ec.europa.eu.Vul hier het model en productnummer in. Deze zijn te vinden op het typeplaatje van
het apparaat. Op de website www.theenergylabel.eu kunt u meer informatie vinden over het energielabel.
Bewaar het energielabel voor het geval u het in de toekomst weer nodig hebt, samen met de gebruikershandleiding en overige met het apparaat meegeleverde documenten.
Nalevingsinformatie
Type radioapparatuur (afhankelijk van het model) |
HL3215STG HLW3215-TG HLW3215-TG01 |
||
Wi-Fi |
|||
Frequentiebereik |
2.4000 GHz - 2.4835 GHz |
||
Maximaal uitgangsvermogen |
≤10 dBm/MHz (EIRP) (antenneversterking <10 dBi) |
||
Maximale antenneversterking |
Versterking: 0 dBi |
||
Bluetooth |
|||
Frequentiebereik |
2.400 GHz - 2.4835 GHz |
||
Drageruitgang |
6 dBm (≤ 10 dBm) |
||
Emissietype |
F1D |
||
Verklaring van conformiteit
Het bedrijf verklaart dat het apparaat met de functie ConnectLife voldoet aan de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van Richtlijn 2014/53/EU. De gedetailleerde verklaring van conformiteit is in te zien op het webadres https://auid.connectlife.io van de pagina van uw apparaat onder de aanvullende documenten.
Bedieningspaneel
|
|
---|---|
1 |
Wasmachine AAN/UIT en PROGRAMMAKEUZEKNOP. Draai de programmakeuzeknop naar links of rechts om de wasmachine AAN te zetten. Om de wasmachine UIT TE SCHAKELEN draait u de programmakeuzeknop naar de stand OFF (UIT) Om een wasprogramma te SELECTEREN, draait u de knop naar links of rechts. Het signaallampje naast het geselecteerde programma gaat branden. |
2 |
TEMP. Optie voor het instellen van de wastemperatuur. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
3 |
Mogelijkheid van instelling van toeren bij centrifugeren. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
2+3 |
DOSE ASSIST Informatie over de aanbevolen hoeveelheid poeder en vloeibaar wasmiddel, volgens de geselecteerde instellingen en de hoeveelheid wasgoed in de trommel. Druk 3 seconden op positie 2+3. |
4 |
Oplichten symbool KINDERBEVEILIGING |
5 |
QUICKER Optie om een kortere wasprogrammaduur in te stellen. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
3+5 |
Kinderslot AAN/UIT Druk 3 seconden op positie 3+5. |
6 |
Verlichting van het GELUID UIT-symbool |
7 |
DELAY END Optie voor het instellen van het tijdstip waarop het wasprogramma wordt voltooid. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
5+7 |
Geluid AAN/UIT Druk 3 seconden op positie 5+7. |
8 |
OPTIONS
Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
7+8 |
MENU Wi-Fi verbinding (CONNECT) Druk 3 seconden op positie 7+8. |
9 |
START/PAUSE TOETS Deze knop heeft 4 functies:
Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
10 |
Het volgende wordt weergegeven op het DISPLAY:
|
11 |
Het symbool CONNECT Het symbool brandt altijd wanneer REMOTE START (STARTEN OP AFSTAND) is ingeschakeld, ook wanneer het apparaat niet aan staat of in de stand-bymodus staat. |
12 |
Het symbool REMOTE START laten branden Het symbool brandt altijd wanneer REMOTE START (STARTEN OP AFSTAND) is ingeschakeld, ook wanneer het apparaat niet aan staat of in de stand-bymodus staat. |
BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE
VOORKANT |
ACHTERKANT |
|
|
|
Bedieningspaneel
1 |
Wasmachine AAN/UIT en PROGRAMMAKEUZEKNOP. Draai de programmakeuzeknop naar links of rechts om de wasmachine AAN te zetten. Om de wasmachine UIT TE SCHAKELEN draait u de programmakeuzeknop naar de stand OFF (UIT) Om een wasprogramma te SELECTEREN, draait u de knop naar links of rechts. Het signaallampje naast het geselecteerde programma gaat branden. |
2 |
TEMP. Optie voor het instellen van de wastemperatuur. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
3 |
Mogelijkheid van instelling van toeren bij centrifugeren. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
2+3 |
DOSE ASSIST Informatie over de aanbevolen hoeveelheid poeder en vloeibaar wasmiddel, volgens de geselecteerde instellingen en de hoeveelheid wasgoed in de trommel. Druk 3 seconden op positie 2+3. |
4 |
Oplichten symbool KINDERBEVEILIGING |
5 |
QUICKER Optie om een kortere wasprogrammaduur in te stellen. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
3+5 |
Kinderslot AAN/UIT Druk 3 seconden op positie 3+5. |
6 |
Verlichting van het GELUID UIT-symbool |
7 |
DELAY END Optie voor het instellen van het tijdstip waarop het wasprogramma wordt voltooid. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
5+7 |
Geluid AAN/UIT Druk 3 seconden op positie 5+7. |
8 |
OPTIONS
Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
7+8 |
MENU Wi-Fi verbinding (CONNECT) Druk 3 seconden op positie 7+8. |
9 |
START/PAUSE TOETS Deze knop heeft 4 functies:
Wanneer het apparaat is ingeschakeld, licht de |
10 |
Het volgende wordt weergegeven op het DISPLAY:
|
11 |
Het symbool CONNECT Het symbool brandt altijd wanneer REMOTE START (STARTEN OP AFSTAND) is ingeschakeld, ook wanneer het apparaat niet aan staat of in de stand-bymodus staat. |
12 |
Het symbool REMOTE START laten branden Het symbool brandt altijd wanneer REMOTE START (STARTEN OP AFSTAND) is ingeschakeld, ook wanneer het apparaat niet aan staat of in de stand-bymodus staat. |
Verklaring van conformiteit
Het bedrijf verklaart dat het apparaat met de functie ConnectLife voldoet aan de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van Richtlijn 2014/53/EU. De gedetailleerde verklaring van conformiteit is in te zien op het webadres https://auid.connectlife.io van de pagina van uw apparaat onder de aanvullende documenten.
PLAATSING EN AANSLUITING
Verwijder de hele verpakking. Let er bij de verwijdering van de verpakking op, dat u de wasmachine niet beschadigt met een scherp voorwerp.
Verwijdering van de transportbeveiliging
Verwijder voor het eerste gebruik de transportbeveiliging, zodat de wasmachine bij inschakeling niet beschadigd wordt door de blokkering. Men kan in dit geval geen aanspraak doen op de garantie!
|
1Verplaats eventueel de slang en draai de schroeven los aan de achterzijde van de wasmachine. Verwijder de beide consoles. |
2Plaats de consoles in de gleuf op de blokkeerstaaf. Draai de rechter eerst naar de andere kant. |
|
3Draai met behulp van de consoles de beide blokkeerstaven 90° en trek ze uit. |
|
4Plaats de plastic dopjes in de openingen van de blokkeerstaven en draai de schroeven
weer vast die u onder punt 1 heeft losgedraaid. |
Verplaatsing en transport
Als u de wasmachine wilt vervoeren, moet u eerst de blokkeerstaven inbrengen, als u beschadigingen aan de wasmachine door trillen en schudden tijdens het transport wilt voorkomen (zie hoofdstuk »PLAATSING EN AANSLUITING/Verwijdering van de transportbeveiliging«). Als de en de transportstaven heeft verloren, kunt u nieuwe bestellen bij de fabrikant.
Keuze van de ruimte
De vloer, waarop de wasmachine komt te staan, moet een betonnen onderlaag hebben die droog en schoon is, anders gaat de wasmachine glijden. Reinig ook de onderkant van de pootjes.
De wasmachine moet recht staan op een stabiele en stevige ondergrond.
In het geval dat de wasmachine op een stabiele verhoging wordt geplaatst, moet de wasmachine beveiligd worden tegen kantelen.
Instelling van de pootjes van de wasmachine
Gebruik een waterpas en een sleutel nr. 32 (voor de pootjes) en nr. 17 (voor de bouten). De steeksleutels worden niet meegeleverd.
|
1Zet de wasmachine waterpas in de lengte- en dwarsrichting door aan de stelvoeten te draaien. |
2Draai na het afstellen van de hoogte van de pootjes de contramoeren (moer tegen het
losdraaien.), stevig vast met een sleutel nr. 17, door ze naar de onderkant van de
wasmachine te draaien |
De oorzaak van vibraties, beweging van de wasmachine in de ruimte en luidruchtige werking kunnen het gevolg zijn van verkeerd waterpas instellen. Het onjuist waterpas zetten van de wasmachine valt niet onder de garantie.
Soms komen tijdens de werking van de wasmachine ongewone en wat luidruchtigere geluiden voor die voor de wasmachine ongewoon zijn, maar die uitsluitend het gevolg zijn van verkeerde plaatsing van de machine.
Plaatsing van de wasmachine
Indien u ook een Hisense wasdroger heeft van overeenkomstige/dezelfde afmetingen, kan deze bovenop de Hisense wasmachine geplaatst worden (in dit geval moeten vacuümvoeten gebruikt worden), maar u kunt de wasdroger ook naast de wasmachine plaatsen (figuren 1 en 3).
Als uw Hisense wasmachine kleiner is (minimale diepte545 mm) dan uw Hisense wasdroger, dan moet de wasdrogersteun worden aangeschaft (figuur 2). Het gebruik van de vacuümvoetjes is essentieel!
Extra onderdelen (drogersteun (a), vacuümpootjes (b) en wandbevestigingsbeugel (c)) kunnen worden gekocht bij het servicecentrum.
Het oppervlak van plaatsing moet schoon en recht zijn.
De Hisense wasmachine, waarop u de droger wilt plaatsen, moet het gewicht van de Hisense droger kunnen dragen (zie hoofdstuk »BESCHRIJVING VAN DE DROGER/Technische gegevens«).
|
||
1 |
2 |
3 |
Afstanden tot de wasmachine
|
|
1 |
2 |
De wasmachine mag de muur of aangrenzende elementen niet raken. Voor een optimale werking van de wasmachine wordt aanbevolen om rekening te houden met de afstanden tot de wanden, zoals weergegeven in de afbeelding. Als de minimaal vereiste afwijkingen niet in acht worden genomen, kan de veilige en juiste werking van de wasmachine niet worden gegarandeerd. Bovendien kan er ook oververhitting optreden (figuren 1 en 2).
De wasmachine is niet geschikt voor inbouw onder een werkblad.
Openen van de deur van de wasmachine (bovenaanzicht)
|
Zie hoofdstuk »BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE/Technische gegevens«. a = diepte van de wasmachine b = diepte bij open deur |
Aansluiting op watertoevoer
Sluit de slang aan op de waterkraan.
|
ASTANDAARDAANSLUITING |
BAQUA - STOP-AANSLUITING |
|
CTOTAL AQUA - STOP-AANSLUITING (MET EEN VLOTTER) |
Voor normaal gebruik van de wasmachine moet de druk in de waterleiding tussen 0,05 en 0,8 MPa (0,5–8 bar) liggen. De minimale dynamische waterdruk kan worden bepaald door de waterstroom te meten.
1,2 liter water moet binnen 30 seconden uit een volledig geopende kraan stromen.
De toevoerslang moet met de hand zodanig worden aangedraaid (max. 2 Nm) dat de slang goed afsluit. Na het aansluiten van de slang moet de afdichting worden gecontroleerd op eventuele lekkage. Het gebruik van tangen of speciaal gereedschap bij de montage van de slang is niet toegestaan vanwege beschadiging van het draad van de moer.
Gebruik alleen de toevoerslang die bijgeleverd is bij de wasmachine. Gebruik geen gebruikte of andere slangen.
Wees er bij de aansluiting van de toevoerslang op bedacht de kraan zodanig aan te sluiten dat er een voldoende en onbelemmerde watertoevoer ontstaat.
AQUA - STOP aansluiting
(afhankelijk van het model)
Bij beschadiging van de binnenslang wordt het aqua-stop blokkeersysteem ingeschakeld dat de watertoevoer naar de wasmachine afsluit. De vensters (a) kleuren in dit geval rood. De toevoerslang moet worden vervangen.
TOTAL AQUA - STOP-AANSLUITING (met een vlotter)
(afhankelijk van het model)
Bij beschadiging van de binnenslang wordt het aqua-stop blokkeersysteem ingeschakeld dat de watertoevoer naar de wasmachine afsluit. De vensters (a) kleuren in dit geval rood. De toevoerslang moet worden vervangen.
Als er water op de bodem van de wasmachine staat, zal de vlotter (b) stijgen en een uitschakelsysteem activeren om de watertoevoer naar de wasmachine te blokkeren; het wasproces wordt gestopt, de watertoevoer wordt afgesloten, het apparaat schakelt de pomp in en signaleert een fout.
|
|
Plaatsing van de afvoerslang
Plaats de afvoerslang in een gootsteen of badkuip of direct in de afvoer (minimale diameter afvoeraansluiting is 4 cm). Het einde van de afvoerslang moet zich ten hoogste 100 cm en minimaal 60 cm boven de grond bevinden. De slang kan op 3 manieren worden aangesloten (A, B, C).
|
ADe afvoerslang kan in een gootsteen of badkuip worden geplaatst. Bevestig de slang met een touwtje, zodat deze niet op de grond kan glijden. |
BPlaats de afvoerslang direct in de afvoer van de gootsteen. |
|
CDe afvoerslang kan ook in een muurafvoer worden geplaatst. Zorg voor een correcte plaatsing, zodat de slang gereinigd kan worden. |
|
DDe afvoerslang moet worden aangesloten op de aansluiting aan de achterzijde van de wasmachine, zoals aangegeven in de figuur. |
Indien de aanwijzingen voor juiste aansluiting van de aanvoerslang niet in acht worden genomen, kan een juiste werking van de wasmachine niet gegarandeerd worden.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
Wacht twee uur met het aansluiten van de wasmachine op het elektriciteitsnet, totdat de machine op kamertemperatuur is gekomen.
Sluit de wasmachine aan op een geaard stopcontact. Na de plaatsing moet de wandcontactdoos bereikbaar blijven en randaarde hebben (in overeenstemming met de voorschriften).
De gegevens over uw wasmachine bevinden zich op het typeplaatje (zie hoofdstuk »BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE/Technische gegevens«).
Wij bevelen een overspanningsbeveiliging aan voor bescherming tegen bliksemsinslag.
De wasmachine mag niet op het lichtnet worden aangesloten met behulp van een verlengsnoer.
Sluit de wasmachine niet aan op een stopcontact, bestemd voor een scheerapparaat of haardroger.
Onderhoud en reparaties in verband de veiligheid en prestatie van de machine moeten worden uitgevoerd door erkende deskundigen.
PLAATSING EN AANSLUITING
Verwijder de hele verpakking. Let er bij de verwijdering van de verpakking op, dat u de wasmachine niet beschadigt met een scherp voorwerp.
Verwijdering van de transportbeveiliging
Verwijder voor het eerste gebruik de transportbeveiliging, zodat de wasmachine bij inschakeling niet beschadigd wordt door de blokkering. Men kan in dit geval geen aanspraak doen op de garantie!
Keuze van de ruimte
De vloer, waarop de wasmachine komt te staan, moet een betonnen onderlaag hebben die droog en schoon is, anders gaat de wasmachine glijden. Reinig ook de onderkant van de pootjes.
De wasmachine moet recht staan op een stabiele en stevige ondergrond.
In het geval dat de wasmachine op een stabiele verhoging wordt geplaatst, moet de wasmachine beveiligd worden tegen kantelen.
Instelling van de pootjes van de wasmachine
Zet de wasmachine waterpas in de lengte- en dwarsrichting door aan de stelvoeten te draaien.
De steeksleutels worden niet meegeleverd.
Afstanden tot de wasmachine
|
De wasmachine mag de muur of aangrenzende elementen niet raken. Als de minimaal vereiste afwijkingen niet in acht worden genomen, kan de veilige en juiste werking van de wasmachine niet worden gegarandeerd. Bovendien kan er ook oververhitting optreden. De wasmachine is niet geschikt voor inbouw onder een werkblad. |
Plaatsing van de wasmachine
Openen van de deur van de wasmachine (bovenaanzicht)
|
a = diepte van de wasmachine b = diepte bij open deur |
Aansluiting op watertoevoer
(afhankelijk van het model)
Sluit de slang aan op de waterkraan.
A |
STANDAARDaansluiting |
B |
AQUA - STOP aansluiting |
C |
TOTAL AQUA - STOP-AANSLUITING (met een vlotter) Als er water op de bodem van de wasmachine staat, zal de vlotter (b) stijgen en een uitschakelsysteem activeren om de watertoevoer naar de wasmachine te blokkeren; het wasproces wordt gestopt, de watertoevoer wordt afgesloten, het apparaat schakelt de pomp in en signaleert een fout. |
B,C |
Bij beschadiging van de binnenslang wordt het aqua-stop blokkeersysteem ingeschakeld dat de watertoevoer naar de wasmachine afsluit. De vensters (a) kleuren in dit geval rood. De toevoerslang moet worden vervangen. |
Voor normaal gebruik van de wasmachine moet de druk in de waterleiding tussen 0,05 en 0,8 MPa (0,5–8 bar) liggen. De minimale dynamische waterdruk kan worden bepaald door de waterstroom te meten.
1,2 liter water moet binnen 30 seconden uit een volledig geopende kraan stromen.
De toevoerslang moet met de hand zodanig worden aangedraaid (max. 2 Nm) dat de slang goed afsluit. Na het aansluiten van de slang moet de afdichting worden gecontroleerd op eventuele lekkage. Het gebruik van tangen of speciaal gereedschap bij de montage van de slang is niet toegestaan vanwege beschadiging van het draad van de moer.
Plaatsing van de afvoerslang
|
Plaats de afvoerslang in een gootsteen of badkuip of direct in de afvoer (minimale diameter afvoeraansluiting is 4 cm). Het einde van de afvoerslang moet zich ten hoogste 100 cm en minimaal 60 cm boven de grond bevinden. De afvoerslang moet worden aangesloten op de aansluiting aan de achterzijde van de wasmachine, zoals aangegeven in de figuur. Online vindt u instructies die gedetailleerder zijn. |
Aansluiting op het elektriciteitsnet
Wacht twee uur met het aansluiten van de wasmachine op het elektriciteitsnet, totdat de machine op kamertemperatuur is gekomen.
Wij bevelen een overspanningsbeveiliging aan voor bescherming tegen bliksemsinslag.
Sluit de wasmachine aan op een geaard stopcontact. Na de plaatsing moet de wandcontactdoos bereikbaar blijven en randaarde hebben (in overeenstemming met de voorschriften).
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Zorg ervoor dat de wasmachine is losgekoppeld van het elektriciteitsnet en open vervolgens de deur naar u toe (figuur 1 en 2).
Reinig voor het eerste gebruik de trommel van de wasmachine met een zachte vochtige katoenen doek of gebruik het programma Cotton 90°C (Katoen 90°C). Er mag zich geen wasgoed in de trommel bevinden, de trommel dient leeg te zijn (figuur 3 en 4).
|
|
1 |
2 |
|
|
3 |
4 |
Gebruik geen oplosmiddelen of reinigingsmiddelen die de wasmachine kunnen beschadigen (neem de aanbevelingen en waarschuwingen van de fabrikant van het schoonmaakmiddel in acht).
Het apparaat verbinden met de app ConnectLife 
ConnectLife is een Smart Home-platform dat mensen, apparaten en services met elkaar verbindt. De ConnectLife-app bevat geavanceerde digitale services en onderhoudsvrije oplossingen waarmee de gebruikers hun apparaten kunnen bewaken en bedienen, meldingen van een smartphone kunnen ontvangen en software kunnen bijwerken (de ondersteunde functies kunnen variëren afhankelijk van uw apparaat en uw regio/land).
Om uw slimme apparaat te kunnen verbinden, hebt u een eigen Wi-Fi-netwerk (alleen netwerken met 2,4 GHz worden ondersteund) nodig en een smartphone waarop de ConnectLife-app is geïnstalleerd.
Scan de QR-code of zoek naar ConnectLife in uw favoriete appstore om de ConnectLife-app te downloaden.
-
Installeer de ConnectLife-app en maak een account aan.
-
Ga in de ConnectLife-app naar het menu »Apparaat toevoegen« en selecteer het juiste type apparaat. Scan vervolgens de QR-code, die u kunt vinden op het typeplaatje van het apparaat. U kunt het AUID-/SN-nummer ook handmatig invoeren.
-
De app leidt u vervolgens door het hele proces van het verbinden van het apparaat met uw smartphone.
-
Als de verbinding tot stand is gebracht, kunt u het apparaat op afstand bedienen via de mobiele app.
Handige tips voor uw smartphone
Waar vind ik de QR-code voor de apparaten die de app nodig heeft tijdens het installatieproces?
U vindt de QR-code in de garantiedocumentatie of op het typeplaatje van uw apparaat.
Hoe schakel ik WiFi in op het apparaat? 
Controleer of het apparaat is ingeschakeld. De positie van de programmakeuzeknop is niet van belang. Voer daarna de volgende handelingen uit:
-
Open het menu Voeg apparaten toe in de ConnectLife-app.
-
Volg de instructies in de ConnectLife-app om uw telefoon met het apparaat te koppelen en het apparaat toe te voegen aan uw Wi-Fi-netwerk.
-
Selecteer het type apparaat.
-
Scan de QR-code (deze kunt u vinden in de garantiedocumentatie of op het typeplaatje van uw apparaat).
-
-
Ga op het apparaat als volgt te werk:
-
Druk de knoppen (7+8) tegelijkertijd in. Er wordt afgeteld 3-2-1 en op het apparaat wordt
weergegeven.
-
Druk op de toets (8) om Wi-Fi in te schakelen. Op het display wordt
weergegeven.
-
Druk op de toets (9) START/PAUZE. Op het display wordt
weergegeven.
-
Druk nogmaals op de toets (9) START/PAUZE. Op het apparaat wordt gedurende 5 minuten afgeteld.
-
-
Instructies in de ConnectLife-app begeleiden u door de stappen voor het invoeren van de juiste gegevens om uw apparaat aan te sluiten op uw thuisnetwerk.
Hoe kan het apparaat op afstand worden gestart?
Zet de programmakeuzeknop op ConnectLife/REMOTE CONTROL (afstandsbediening).
Druk op de toets (9) START/PAUZE (de deur moet gesloten zijn).
Hoe kan ik een gebruiker toevoegen? 
Controleer of het apparaat is ingeschakeld. De positie van de programmakeuzeknop is niet van belang. Voer daarna de volgende handelingen uit:
-
Open het menu Voeg apparaten toe in de ConnectLife-app.
-
Volg de instructies in de ConnectLife-app om de telefoon te koppelen met het apparaat.
-
Selecteer het type apparaat.
-
Scan de QR-code (deze kunt u vinden in de garantiedocumentatie of op het typeplaatje van uw apparaat).
-
-
Ga op het apparaat als volgt te werk:
-
Druk de knoppen (7+8) tegelijkertijd in. Er wordt afgeteld 3-2-1 en op het apparaat wordt
weergegeven.
-
Druk op de toets (8). Op het display wordt
weergegeven.
-
Druk op de toets (9) START/PAUZE. Op het apparaat wordt gedurende 3 minuten afgeteld.
-
-
Daarna kunt u de instelling in de app voltooien en bevestigen.
Hoe kan ik gebruikers verwijderen (UnPair)? 
Controleer of het apparaat is ingeschakeld. De positie van de programmakeuzeknop is niet van belang. Voer daarna de volgende handelingen uit:
Ga op het apparaat als volgt te werk:
-
Druk de knoppen (7+8) tegelijkertijd in. Er wordt afgeteld 3-2-1 en op het apparaat wordt
weergegeven.
-
Druk herhaaldelijk op (8) tot op het display
wordt weergegeven.
-
Druk op de toets (9) START/PAUZE. Op het apparaat wordt gedurende 1 minuten afgeteld.
Met deze stap worden alle actieve gebruikers van het apparaat verwijderd. Als u het
apparaat daarna weer op afstand wilt kunnen bedienen, moet u de stappen voor het uitvoeren
van een gebruiker opnieuw uitvoeren.
Welke WiFi-routers kunnen worden gebruikt?
Alleen 2,4 GHz-netwerken worden ondersteund. Als de ConnectLife-app tijdens het instellen uw lokale netwerk niet kan vinden, controleer dan het volgende:
-
uw router werkt op de 2.4GHz-frequentie,
-
uw netwerk niet is verborgen, en
-
het signaal sterk genoeg is.
Hebt u nog meer vragen?
Ga naar onze website op www.connectlife.io of neem contact met ons op via hello@connectlife.io.
De software op afstand upgraden
Controleer in de ConnectLife-app op software-updates.
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Het apparaat verbinden met de app ConnectLife 
ConnectLife is een Smart Home-platform dat mensen, apparaten en services met elkaar verbindt. De ConnectLife-app bevat geavanceerde digitale services en onderhoudsvrije oplossingen waarmee de gebruikers hun apparaten kunnen bewaken en bedienen, meldingen van een smartphone kunnen ontvangen en software kunnen bijwerken (de ondersteunde functies kunnen variëren afhankelijk van uw apparaat en uw regio/land).
Om uw slimme apparaat te kunnen verbinden, hebt u een eigen Wi-Fi-netwerk (alleen netwerken met 2,4 GHz worden ondersteund) nodig en een smartphone waarop de ConnectLife-app is geïnstalleerd.
Scan de QR-code of zoek naar ConnectLife in uw favoriete appstore om de ConnectLife-app te downloaden.
-
Installeer de ConnectLife-app en maak een account aan.
-
Ga in de ConnectLife-app naar het menu »Apparaat toevoegen« en selecteer het juiste type apparaat. Scan vervolgens de QR-code, die u kunt vinden op het typeplaatje van het apparaat. U kunt het AUID-/SN-nummer ook handmatig invoeren.
-
De app leidt u vervolgens door het hele proces van het verbinden van het apparaat met uw smartphone.
-
Als de verbinding tot stand is gebracht, kunt u het apparaat op afstand bedienen via de mobiele app.
Waar vind ik de QR-code voor de apparaten die de app nodig heeft tijdens het installatieproces?
U vindt de QR-code in de garantiedocumentatie of op het typeplaatje van uw apparaat.
Hebt u nog meer vragen?
Ga naar onze website op www.connectlife.io of neem contact met ons op via hello@connectlife.io.
WASSEN IN STAPPEN (1–7)
Stap 1: Neem de labels op het wasgoed in acht
Gewoon wassen; Gevoelige was |
|||||||||||
|
Max. Wassen 95°C |
|
Max. Wassen 40°C |
|
Handwas |
||||||
|
Max. Wassen 60°C |
|
Max. Wassen 30°C |
|
Wassen niet toegestaan |
||||||
Bleken |
|||||||||||
|
Bleken in koud water |
|
Bleken niet toegestaan |
||||||||
Chemisch reinigen |
|||||||||||
|
Chemisch reinigen met alle middelen |
|
Petroleum R11, R113 |
||||||||
|
Chemisch reinigen met kerosine, in zuivere alcohol en in R113 |
|
Chemisch reinigen niet toegestaan |
||||||||
Strijken |
|||||||||||
|
Heet strijken max. 200°C |
|
Heet strijken max. 100°C |
||||||||
|
Heet strijken max. 150°C |
|
Strijken niet toegestaan |
||||||||
Drogen |
|||||||||||
|
Neerleggen op recht oppervlak |
|
Hoge temp. |
||||||||
|
Nat ophangen |
|
Lage temp. |
||||||||
|
Ophangen |
|
Niet in de droogtrommel drogen |
Stap 2: Voorbereiding van het wasgoed
-
Verdeel het wasgoed op soort textiel, kleur, mate van vuilheid en de toegestane wastemperatuur (zie PROGRAMMA TABEL).
-
Was het wasgoed dat veel vezels of pluisjes afgeeft apart van ander wasgoed.
-
Leeg zakken. Munten, spijkers enz. kunnen de machine en het weefsel beschadigen.
-
Sluit de knopen en ritsen, knoop eventuele linten vast en keer de zakken binnenstebuiten; verwijder alle metalen clips die het wasgoed en de binnenkant van de wasmachine kunnen beschadigen of de afvoer kunnen verstoppen.
-
Doe zeer gevoelig wasgoed of kleinere stukken wasgoed in een daarvoor bestemde waszak van textiel.
(De speciaal daarvoor bestemde waszak van textel is apart leverbaar.)
Inschakeling van de wasmachine
Gebruik het netsnoer om de wasmachine aan te sluiten op het elektriciteitsnet en sluit
de wasmachine aan op de watertoevoer.
Om het apparaat in te schakelen, draait u de programmakeuzeknop (1) naar een willekeurige
stand.
Bij sommige modellen licht ook de trommel gedurende 5 minuten op bij inschakeling
van de machine (figuur 2).
Het lampje in de trommel kan ook tijdens het gebruik oplichten door op de toets (9) START/PAUZE te drukken en ook nadat het wasprogramma is voltooid.
(De lamp in de trommel van de wasmachine is niet geschikt voor ander gebruik.)
|
|
1 |
2 |
De lamp in de wastrommel mag alleen worden vervangen door de fabrikant, een onderhoudstechnicus of een bevoegd persoon.
Vullen van de wasmachine
Open de deur van de wasmachine naar u toe (figuur 1).
Controleer of de trommel leeg is en doe vervolgens het wasgoed in de trommel (figuur 2).
Zorg ervoor dat er geen wasgoed achterblijft tussen de deur en het deurrubber.
Doe de deur van de wasmachine dicht (figuur 3).
1 |
2 |
3 |
Overlaad de trommel niet! Zie PROGRAMMA TABEL en let op uw nominale belasting zoals aangegeven op het typeplaatje.
Als de trommel te vol is, zal het wasgoed slechter worden gewassen.
Stap 3: Keuze van het wasprogramma
Het programma kiest u door de knop (1) naar links of naar rechts te draaien (afhankelijk van het soort wasgoed en de mate van vuilheid). Zie PROGRAMMA TABEL.
Het signaallampje naast het geselecteerde programma gaat branden.
De programmakeuzeknop (1) draait tijdens de werking niet automatisch.
Wasprogramma's zijn complete programma's die alle wasfasen bevatten, inclusief wasverzachten en centrifugeren (dit geldt niet voor deelprogramma's).
De Deelprogramma's zijn zelfstandige programma's, deze gebruikt u als u niet het hele wasprogramma wilt draaien.
Programma tabel
Programma |
Max. vulling |
Max. |
Omschrijving programma |
|||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Katoen Wit Coton Blanc 40°C–90°C |
*MAX |
MAX1) |
Programma voor het wassen van wit katoenen wasgoed, handdoeken, beddengoed, T-shirts, enz. De temperatuur kunt u kiezen, neem daarom de aanwijzingen in acht op het label op
de kleding. Ook de centrifugeersnelheid kunt u zelf instellen. Om kreuken te verminderen, drukt u op de (8) OPTIONS (EXTRA FUNCTIES)-knop voor het begin van het wasprogramma, en selecteert u de functie STEAM (STOOM) en/of ANTI CREASE (ANTI-KREUK). |
|||||||||||||||
Katoen Kleur Coton Couleurs cold–60°C |
*MAX |
MAX1) |
Programma voor gekleurd wasgoed van katoen. De temperatuur kunt u kiezen, neem daarom
de aanwijzingen in acht op het label op de kleding. |
|||||||||||||||
Mix (Gemengd wasgoed/Synthetisch) cold–60°C |
3,5 kg |
12002) |
Wasprogramma voor gevoelige kleding uit synthetische en gemengde vezels of uit viscose en voor eenvoudige verzorging van katoen. Neem de wasinstructies in acht, aangegeven op de labels van de kleding. |
|||||||||||||||
Wol/Handwas Laine/Lavage à main cold–40°C |
2 kg |
800 |
Delicaat wasprogramma voor het wassen van wol, zijde en kleding die handmatig gewassen moet worden. Maximale temperatuur is 40°C. Dit programma heeft een korte draaicyclus. De maximale beschikbare centrifuge snelheid is 800 toeren. |
|||||||||||||||
Eco 40-60 4) |
*MAX |
MAX1) |
Normaal vervuild katoenen wasgoed dat gezamenlijk in dezelfde cyclus kan worden gewassen op zowel 40°C als 60°C. Het programma wordt gebruikt om te beoordelen of de EU-wetgeving voor ecologisch ontwerp wordt nageleefd. |
|||||||||||||||
Power Wash 59´/32´ 40°C |
4 kg |
MAX1) |
Programma voor kleinere hoeveelheden licht vervuild wasgoed. Het wasprogramma omvat intensief centrifugeren met maximaal toerental. Het programma duurt 59 minuten. Bij gebruik van de functie QUICKER (SNEL) duurt het programma 32 minuten. |
|||||||||||||||
Snel 20' Rapide 20' 30°C |
2,5 kg |
10002) |
Snel wasprogramma voor licht vervuild wasgoed dat alleen opgefrist hoeft te worden. |
|||||||||||||||
Trommelreiniging/ Nettoyage Tambour (Zelfreinigend programma) |
0 kg |
Dit programma wordt gebruikt voor het reinigen van de trommel en het verwijderen van resten wasmiddel en bacteriën. Om het programma te selecteren, draait u de programmakeuzeknop naar links of naar rechts naar de stand Drum clean (Zelfreinigend programma). Andere extra functies kunnen niet worden geselecteerd. De trommel moet leeg zijn. Voeg geen wasmiddel en wasverzachter toe! U kunt een kleine hoeveelheid witte azijn (circa 2 dl) of natriumbicarbonaat (1 eetlepel of 15 g) toevoegen voor een effectieve ontkalking. Het verdient aanbeveling dat u het programma ten minste éénmaal per maand gebruikt. U kunt de reinigingsmiddelen toevoegen aan het bakje voor hoofdwasmiddel of aan de trommel. |
||||||||||||||||
Centrifugeren Essorage (Deel programma) |
/ |
MAX1) |
Gebruik het programma als u het wasgoed alleen wilt centrifugeren. Als u alleen het water uit de wasmachine wilt laten weglopen, zonder te centrifugeren, drukt u meerdere keren op (3) SPIN (CENTRIFUGEREN) totdat het lampje uit is. |
|||||||||||||||
Spoel&Impreg. Rinçage (Spoelen& Verzachten) (Deel programma) |
/ |
MAX1) |
Voor het verzachten, verstijven of impregneren van het gewassen wasgoed. Het kan ook worden gebruikt als spoelprogramma, maar voeg geen wasmiddel of wasverzachter toe. Het wordt aangevuld met een extra spoeling. U kunt ook WATER+ (EXTRA WATER) kiezen door de extra functie te selecteren (drukt u op de (8) OPTIONS (EXTRA FUNCTIES)-knop voor het begin van het wasprogramma. |
|||||||||||||||
Baby Care (Babykleding) 40°C–90°C |
*MAX |
MAX1) |
Dit programma wordt gebruikt voor het wassen van kleding die speciale zorg nodig heeft, zoals babykleding. We raden aan om de kledingstukken binnenstebuiten te keren, omdat hierdoor ook de huidresten of resten van huidverzorgingsproducten grondig worden uitgewassen. Het programma is een combinatie van een langdurige verwarming en een extra spoeling die eventuele wasmiddelresten verwijdert. Het wasprogramma omvat een automatische voorwas en extra spoelbeurten. Om wasgoed met stoom te behandelen, drukt u op de knop (8) OPTIONS (EXTRA FUNCTIES) en selecteert u de functie STEAM (STOOM). |
|||||||||||||||
Overhemden Chemises (Overhemden met stoom) cold–40°C |
3,5 kg |
1200 2) |
Programma voor het wassen van katoen, microvezels en kunststoffen, voor het wassen van boorden en manchetten. Wassen gebeurt bij lagere temperatuur, grotere hoeveelheid water en zacht draaien. De vooringestelde centrifugesnelheid is 800 tpm. Om wasgoed met stoom te behandelen, drukt u op de knop (8) OPTIONS (EXTRA FUNCTIES) en selecteert u de functie STEAM (STOOM). |
|||||||||||||||
Sportkleding Textiles Sport (Sportkleding) cold–40°C |
3,5 kg |
1200 2) |
Sportkleding van katoen, microvezels en synthetische vezels, met lagere centrifugeersnelheden en een korte laatste centrifugeercyclus. |
|||||||||||||||
Anti-Allergy 40°C–90°C |
*MAX |
MAX1) |
Dit wasprogramma wordt gebruikt voor het wassen van katoenen kledingstukken die speciale zorg nodig hebben, zoals kleding voor mensen met een zeer gevoelige huid of allergieën. Wij bevelen aan de kleding binnenstebuiten keren om zo huidschilfers en andere resten goed te kunnen verwijderen. Om wasgoed met stoom te behandelen, drukt u op de knop (8) OPTIONS (EXTRA FUNCTIES) en selecteert u de functie STEAM (STOOM). |
|||||||||||||||
Start op afstand Départ à distance (Afstandsbediening) |
Gebruik het programma Remote control om uw apparaat op afstand te bedienen (via uw telefoon). U kunt alle beschikbare programma's op uw apparaat selecteren (zie de hoofdstukken »VOOR HET EERSTE GEBRUIK/Het apparaat verbinden met een Wi-Finetwerk« en »WASSEN IN STAPPEN (1–7)/Stap 3: De wasmachine op afstand bedienen met de app«). Met de app kunt u ook extra programma’s selecteren. |
|||||||||||||||||
|
Aanbevelingen voor wasmiddelen krachtens verordening (EU) nr. 1015/2010
Programma |
Wasmiddel |
||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Universeel |
Voor gekleurde was |
Voor fijne was en wol |
Speciaal |
||||||
Katoen Wit Coton Blanc |
|
|
|
|
|||||
Katoen Kleur Coton Couleurs |
|
|
|
|
|||||
Mix (Gemengd wasgoed/Synthetisch) |
|
|
|
|
|||||
Wol/Handwas Laine/Lavage à main |
|
|
|
|
|||||
Eco 40-60 |
|
|
|
|
|||||
Power Wash 59´/32´ |
|
|
|
|
|||||
Snel 20' Rapide 20' |
|
|
|
|
|||||
Trommelreiniging/ Nettoyage Tambour (Zelfreinigend programma) |
|
|
|
|
|||||
Centrifugeren Essorage |
|
|
|
|
|||||
Spoel&Impreg. Rinçage (Spoelen& Verzachten) |
|
|
|
|
|||||
Baby Care (Babykleding) |
|
|
|
|
|||||
Overhemden Chemises (Overhemden met stoom) |
|
|
|
|
|||||
Sportkleding Textiles Sport (Sportkleding) |
|
|
|
|
|||||
Anti-Allergy |
|
|
|
|
|||||
|
Programma’s die draaien op lagere temperaturen en langer duren, zijn over het algemeen het meest efficiënt als het gaat om verbruik van energie en water.
Geluid en resterend vochtgehalte worden beïnvloed door de centrifugesnelheid: hoe hoger het toerental tijdens het centrifugeren, hoe meer geluid er wordt geproduceerd en hoe lager het resterende vochtgehalte is.
Doseer wasmiddelen in poeder of vloeibare vorm volgens de instructies van de fabrikant, afhankelijk van de wastemperatuur, het gekozen wasprogramma, de vervuiling van het wasgoed en de hardheid van het water.
Wanneer er zich overmatig veel schuim in de wasmachine ontwikkelt of schuim via het doseerbakje naar buiten komt, moet het gewassen wasgoed goed worden nagespoeld. Kies een wasprogramma met een grote hoeveelheid water en gebruik geen wasmiddel.
De maximale drooghoeveelheid in kg (voor het programma voor Katoenwas) staat aangegeven op het typeplaatje van de wasmachine (zie hoofdstuk »BESCHRIJVING WASMACHINE/Technische gegevens«).
Maximale of nominale belasting is van toepassing op wasgoed dat is voorbereid volgens de IEC 60456-norm.
Voor een beter wasresultaat raden wij aan te wassen op het katoenwasprogramma met 2/3 vulling.
Lage watertemperatuur, lage netspanning en kleine wasladingen kunnen de wastijd beïnvloeden.
Tijdoptimalisatie tijdens de voortgang van het programma
In de beginfase van het wasprogramma gebruikt de wasmachine geavanceerde technologie om de hoeveelheid wasgoed te detecteren. Na belastingdetectie stelt de wasmachine de programmaduur in.
Wasprogramma's met stoom
Het toevoegen van stoom aan het einde van het wassen maakt het wasgoed los, het wordt
enigszins ontsmet en somminge allergenen worden verwijderd. Na gebruik van dit programma
is de kleding, zacht en luchtig, het wasgoed hoeft minder gestreken te worden en is
frisser.
Door het gebruik van stoom (druk op de toets 8) hoeft de was niet te worden verzacht, of kan de hoeveelheid wasverzachter worden
verminderd. Voor een beter effect van stoom op het wasgoed adviseren wij een halve
lading.
AirDry-functie
(afhankelijk van het model)
AIRDRY is een functie die is bedoeld om de binnenkant van de wasmachine en het doseerbakje
te reinigen zonder dat er wasgoed aanwezig is in het apparaat. Het doel hiervan is
om de opbouw te voorkomen van schimmel en microben die onplezierige geuren in de gewassen
kleding kunnen veroorzaken.
Het verdient aanbeveling dit eenmaal per week te doen. De droogprocedure duurt enkele
uren maar verbruikt weinig elektriciteit.
Wanneer het AIRDRY-proces is voltooid, kunnen er nog steeds waterdruppeltjes aanwezig zijn in het apparaat
of in onderdelen daarvan. Dit is heel normaal. Hoe doeltreffend het droogproces van
de binnenkant van het apparaat is, hangt af van de relatieve luchtvochtigheid in de
ruimte, de hoeveelheid vocht die resteert van de meest recente wasbeurt, de hoeveelheid
kleding in de meest recente wasbeurt, etc.
De AIRDRY-functie kan alleen worden geactiveerd met gebruik van de ConnectLife -app op uw telefoon. (Zie de hoofdstuk »WASSEN IN STAPPEN (1–7)/Stap 3: De wasmachine
op afstand bedienen met de app«.)
De wasmachine op afstand bedienen met de app
Zie het hoofdstuk WASSEN IN STAPPEN (1–7) en voer stap 1 en 2 uit.
Ga op het apparaat als volgt te werk:
-
Sluit de deur van de wasmachine en sluit de wasmiddellade.
-
Draai de programmakeuzeknop naar positie ConnectLife/REMOTE CONTROL (afstandsbediening).
-
Druk op de toets (9) START/PAUZE. De deur van het apparaat wordt vergrendeld en het indicatielampje van de afstandsbediening REMOTE START
wordt geactiveerd.
De bediening op afstand is gedurende de volgende 24 uur beschikbaar, zelfs als het apparaat overschakelt op de stand-bymodus. De deur is gedurende deze tijd vergrendeld en kan dus niet worden geopend. U kunt de bediening op afstand annuleren door op de toets (9) START/PAUZE te drukken.
Zet de bediening van het apparaat voort in de ConnectLife-app, waarin u kunt kiezen uit verschillende opties (zoals een programma selecteren, starten, in de gaten houden en stoppen, en andere extra instellingen).
Het wasproces kan via de app worden geregeld en in de gaten worden gehouden.
U kunt de werking van de wasmachine pauzeren of stopzetten door op STOP/ADD CLOTHES/ PAUSE ... te drukken.
Sommige opties of functies kunnen volledig op afstand worden uitgevoerd. Voor andere opties/functies, zoals het toevoegen van wasgoed tijdens het wasprogramma (ADD CLOTHES), moet u echter wel fysiek aanwezig zijn.
U kunt het apparaat ook met uw telefoon bedienen als uw telefoon en het apparaat niet met hetzelfde Wi-Fi-netwerk zijn verbonden (de telefoon moet dan echter wel een actieve internetverbinding hebben). Dit betekent dat u uw apparaat ook kunt bedienen als u niet thuis bent.
Het apparaat kan vanaf meerdere telefoons worden bediend. Alle telefoons die zijn
gekoppeld aan het apparaat kunnen worden gebruikt om het apparaat te bedienen en de
werking ervan in de gaten te houden, ongeacht welke gebruiker het wasprogramma heeft
gestart. Op elke telefoon moet met een ander persoonlijk account zijn ingelogd in
de ConnectLife .
Nadat u het apparaat vanaf uw telefoon hebt gestart, kan iemand die zich in de buurt van het apparaat bevindt de controle overnemen en het apparaat uitschakelen of bedienen. Als dit gebeurt, krijgt u hiervan een melding. U kunt het apparaat dan niet meer vanaf uw telefoon bedienen. Wilt u het apparaat weer vanaf uw telefoon bedienen, dan moeten alle verplichte stappen opnieuw worden doorlopen.
Stap 4: Keuze instelling
De meeste programma's hebben basisinstellingen die veranderd kunnen worden.
Wijzig de instellingen door op de geselecteerde functie te drukken (voordat u op de (9) START/ PAUZE -toets drukt). De functies die met het geselecteerde wasprogramma kunnen worden gewijzigd, zijn gedimd verlicht.
Bepaalde instellingen kunnen bij sommige programma's niet worden geselecteerd. Dergelijke instellingen lichten niet op en de knop knippert wanneer erop wordt gedrukt (zie FUNCTIETABEL).
Beschrijving van de functie-indicatoren voor het gekozen wasprogramma:
- verlicht (Basis/preset-instelling);
- gedimde verlichting (Functies die kunnen worden gewijzigd) en
- onverlicht (Functies die niet kunnen worden geselecteerd).
TEMP. (WASTEMPERATUUR)
Veranderen van de temperatuur voor het geselecteerde programma.
Elk programma heeft een vooraf ingestelde temperatuur welke kan worden gewijzigd door op de positie (2) TEMP. (WASTEMPERATUUR).
De geselecteerde temperatuur gaat branden.
SPIN (CENTRIFUGEREN) (CENTRIFUGEERSNELHEID/POMP STOP/AFPOMPEN
Om de centrifugeersnelheid aan te passen. Elk programma (behalve Drum clean (Zelfreinigend programma)) heeft een vooraf ingestelde centrifugeersnelheid die kan worden aangepast door op toets (3) SPIN (CENTRIFUGEREN) (CENTRIFUGEERSNELHEID/POMP STOP/AFPOMPEN) te drukken.
Als u de functie Afpompen zonder centrifugeren hebt geselecteerd, dan brandt er geen indicator (lampje) op het display. De wastijd zal daardoor korter zijn.
Als u »Pompstop« kiest, verschijnt het symbool op het display.
Selecteer de »Pomp stop« functie wanneer u wilt dat het wasgoed gedrenkt blijft in het water van de laatste
spoelcyclus om kreuken te voorkomen als u het niet uit de wasmachine kunt halen direct
nadat het wasprogramma is voltooid. U kunt naar wens het toerental voor centrifugeren
instellen. Om door te gaan met het programma, drukt u op de (9) START/PAUZE -toets die brandt. Het water wordt afgepompt en de laatste centrifugeercyclus
wordt uitgevoerd.
QUICKER (SNEL)
Als de functie QUICKER (SNEL) is geactiveerd, wordt het wasprogramma uitgevoerd met een kortere wasduur. Er zijn twee keuzes beschikbaar (afhankelijk van het geselecteerde wasprogramma).
Als u de functie FAST (EXTRA SNEL) kiest, verandert de functie-indicator (lampje) van een gedeeltelijk verlicht naar volledig verlicht symbool en de totale programmatijd
op het display wordt aangepast.
Om het wasprogramma verder in te korten, drukt u nogmaals op de knop (5) FAST (EXTRA SNEL).
Als u nogmaals op de knop drukt, wordt de instelling teruggezet naar de standaardinstelling.
Eerste druk – QUICKER (SNEL)
Tweede druk – SUPER QUICKER (SUPERSNEL)
Derde druk – DEFAULT (STANDAARD)
Voor het programma Katoenwas raden wij een halve vulling aan.
DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD)
Druk op de toets (7) DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) om de eindtijd van het programma met maximaal 24 uur uit te stellen.
Functie instellen:
-
Kies het gewenste programma en de extra functies.
-
Druk op de toets (7) DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) om de functie te activeren.
-
Druk herhaaldelijk op deze toets om de gewenste eindtijd van het programma in te stellen (met stappen van 30 minuten tot 6 uur en daarna stappen van 1 uur tot maximaal 24 uur).
-
Druk op de (9) START/PAUZE-toets om de functie te activeren.
De wasmachine begint met het aftellen van de ingestelde tijd. Zodra de resterende uitgestelde eindtijd geleik is aan de programmaduur (bijv. 2:30), wordt het wasprogramma automatisch gestart.
Om het uitgestelde einde van het wasprogramma te annuleren of te wijzigen, draait
u de programmakeuzeknop (1) naar de stand OFF (UIT) gedurende ten minste twee seconden.
Om de uitgestelde eindtijd snel te annuleren, drukt u op de toets (7) DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) en houdt u deze 3 seconden ingedrukt. Het wasprogramma wordt hervat.
Voorbeeld van het instellen van deze functie:
Het is nu 21.00 uur en u wilt dat het wasprogramma de volgende ochtend om 6.00 uur
klaar is. Stel in dit geval de DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) in op 9 uur.
Sommige instellingen kunnen niet worden gekozen voor bepaalde programma's, wat wordt aangegeven door de verlichte instelling op het display, een geluidssignaal en het knipperende lampje op de knop wanneer ingedrukt (zie FUNCTIETABEL).
Activeer/deactiveer de functies door op de gewenste functie te drukken (voordat u op de knop (9) START/PAUZE drukt). Naast de geselecteerde functies gaat een lampje branden.
Als u de functie DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) hebt ingesteld en u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, raden we u aan om een programma met voorwas in te stellen.
Instellingen met behulp van twee knoppen die tegelijkertijd worden ingedrukt
DOSE ASSIST
De DOSE ASSIST-functie geeft de aanbevolen, optimale hoeveelheid poeder of vloeibaar wasmiddel aan volgens de geselecteerde instellingen.
Aanbevolen hoeveelheid poeder of vloeibaar wasmiddel is afhankelijk van:
-
Waterhardheid (de volgende instellingen zijn beschikbaar: zacht, middel, hard. De standaardinstelling is het middel niveau, maar de gebruiker kan deze aanpassen. Zie hoofdstuk »ONDERBREKINGEN EN VERANDEREN VAN HET PROGRAMMA/Persoonlijke instellingen menu«.); Voor een juiste werking van de functie DOSE ASSIST, wordt instelling van de hardheid van het water aanbevolen.
-
Geselecteerd wasprogramma en
-
Hoeveelheid wasgoed (lading) – de wasmachine meet de vulling bij ieder gebruik van de functieDOSE ASSIST.
Om de DOSE ASSIST-functie correct te laten werken, moeten STAP 2 (voorbereiden van het wasgoed, inschakelen en laden van de wasmachine) en STAP 3 (selecteren van het wasprogramma) eerst worden uitgevoerd.
1Aktivieren Sie die Funktion durch gleichzeitiges Drücken auf die Positionen (2) TEMP. (WASTEMPERATUUR) und (3) SPIN (CENTRIFUGEREN) (CENTRIFUGEERSNELHEID/POMP STOP/AFPOMPEN) und halten Sie sie mindestens 3 Sekunden
lang gedrückt.
Der Countdown-Timer wird auf der Anzeigeeinheit angezeigt.
Die Anzeige (Licht) leuchtet, wenn die Funktion aktiviert ist.
2Druk op de (9) START/PAUZE-toets. De wasmachine begint de hoeveelheid wasgoed in de trommel te meten.
Het weegproces wordt aangegeven met het afwisselend knipperen van de indicatielampjes op de display-eenheid.
3Op basis van de gewogen hoeveelheid wasgoed in de trommel en andere instellingen wordt de aanbevolen hoeveelheid geconcentreerd/niet-geconcentreerd poeder of vloeibaar wasmiddel afwisselend op het display weergegeven.
Om te bepalen of uw poeder of vloeibaar wasmiddel al dan niet geconcentreerd is, controleert u de verpakking van uw wasmiddel.
Om de hoeveelheid geconcentreerd of niet-geconcentreerd poeder of vloeibaar wasmiddel opnieuw te controleren, drukt u nogmaals gelijktijdig op de knoppen (2) TEMP. (WASTEMPERATUUR) en (3) SPIN (CENTRIFUGEREN) (CENTRIFUGEERSNELHEID/POMP STOP/AFPOMPEN).
4Voeg de aanbevolen hoeveelheid poeder of vloeibaar wasmiddel toe aan de doseerbak
. Neem als richtlijn de wasmiddelhoeveelheid/ niveau-aanduiding in het wasmiddelbakje
in acht (zie hoofdstuk »AANBEVELINGEN VOOR HET WASSEN EN HET ECONOMISCHE GEBRUIK VAN
UW WASMACHINE«).
Druk voor het beginnen met wassen op (9) START/PAUZE.
KINDERBEVEILIGING
Een veiligheidsfunctie. Om de kinderbeveiliging in te schakelen, drukt u tegelijkertijd
op de (3) SPIN (CENTRIFUGEERSNELHEID/POMP STOP/ AFPOMPEN) en (5) QUICKER (SNEL) toetsen en houdt deze ten minste drie seconden vast. Een afteltimer wordt
op het display weergegeven. De selectie wordt bevestigd door een akoestisch signaal
en door een signaallampje (het symbool (4) wordt opgelicht). Volg dezelfde procedure om de kinderbeveiliging te deactiveren.
Zolang de kinderbeveiliging is geactiveerd, kunnen programma's, instellingen of extra
functies niet worden gewijzigd.
De kinderbeveiliging blijft actief, zelfs nadat de wasmachine is uitgeschakeld. Om
veiligheidsredenen verhindert de kinderbeveiliging niet dat de wasmachine wordt uitgeschakeld
door de programmakeuzeknop (1) naar OFF (UIT) te draaien. Als u de programmakeuzeknop naar de positie OFF (UIT)
draait en het kinderslot is geactiveerd, wordt het wasprogramma gepauzeerd. Om het
programma te hervatten, draait u de programmakeuzeknop naar de gewenste stand en drukt
u op de knop (9) START/PAUZE. Om een nieuw programma te selecteren, moet de kinderbeveiliging eerst worden
gedeactiveerd.
GELUID AAN/UIT
Om het geluid uit te schakelen, drukt u tegelijkertijd op de toetsen (5) QUICKER (SNEL) en (7) DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) en houdt u deze ten minste 3 seconden ingedrukt.
De selectie wordt bevestigd door een akoestisch signaal en door een signaallampje
(het symbool (6) wordt opgelicht).
Om het geluid weer in te schakelen, drukt u tegelijkertijd op de toetsen (5) en (7) en houdt u deze ten minste 3 seconden ingedrukt.
Wi-Fi-MENU
Met het Wi-Fi-menu kan verbinding met het apparaat worden gemaakt en de afstandsbedieningsfunctie worden gebruikt.
Draai de programmakeuzeknop (1) naar een willekeurige positie (behalve UIT ).
Houd de toetsen (7) DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) en (8) OPTIONS (EXTRA FUNCTIES) tegelijkertijd 3 seconden ingedrukt om het Wi-Fi-instellingenmenu te openen.
U kunt een stap teruggaan door de toetsen (7) en (8) tegelijkertijd 3 seconden ingedrukt te houden.
Gebruik de toets (8) OPTIONS (LAGERE TEMPERATUUR) om de beschikbare functies te selecteren en de toets (9) START/PAUZE om uw selectie te bevestigen.
Beschikbare instellingen:
-
AAN/UIT
/
- hiermee schakelt u de connectiviteit van het apparaat in of uit.
-
Con
- het apparaat kan gedurende 5 minuten worden verbonden met een Wi-Fi-netwerk.
-
PAr
– het apparaat kan de komende 5 minuten worden verbonden met de ConnectLife-app. De functie is alleen actief als het apparaat al is verbonden met uw Wi-Fi netwerk.
-
UnP
- hiermee verwijdert (ontkoppelt) u alle gebruikers.
Na uitschakeling van de wasmachine keren alle aanvullende instellingen terug naar de basis- of persoonlijke instellingen, behalve de instelling van het geluidssignaal.
Stap 5: Extra functies selecteren
Activeer/deactiveer de functies door op de gewenste functie te drukken (voordat u op de (9) START/PAUZE -toets drukt).
OPTIONS (EXTRA FUNCTIES)
Druk één of meerdere keren op de knop (8) OPTIONS (EXTRA FUNCTIE) om te kiezen tussen de acht verschillende functies (afhankelijk van het gekozen wasprogramma):
-
Eerste druk: ANTI CREASE (ANTI-KREUK);
-
Tweede druk: WATER+ (EXTRA WATER);
-
Derde druk: STEAM (STOOM);
-
Vierde tot achtste druk: verschillende combinaties van deze drie functies.
ANTI CREASE (ANTI-KREUK)
Selecteer de functie ANTI CREASE (ANTI-KREUK) om kreuken van het wasgoed te voorkomen. Na afloop van het wasprogramma draait de trommel nog zachtjes door.
Deze functie wordt aanbevolen voor gevoelig wasgoed.
verschijnt op het display (10).
Een functie kan op elk moment worden uitgeschakeld door op de toets (9) START/PAUZE te drukken of door de programmakeuzeknop naar de standOFF (UIT) te draaien.
WATER+ (EXTRA WATER)
Gebruik deze functie om bij sommige programma's meer water toe te voegen.
STEAM (STOOM)
Door aan het einde van het programma een stoomcyclus van 20 minuten toe te voegen, wordt uw kleding zachter en gedesinfecteerd en hoeft u minder vaak te strijken. Ook hoeft u geen wasverzachter te gebruiken.
Tabel van extra functies
Programma’s |
QUICKER |
SUPER QUICKER |
DELAY END |
DOSE ASSIST |
PREWASH * |
ANTI CREASE |
WATER+ |
STEAM |
SPIN |
RINSE&HOLD |
||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Katoen Wit Coton Blanc 40°C–90°C |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
||||||
Katoen Kleur Coton Couleurs cold–60°C |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
|||||||
Mix (Gemengd wasgoed/Synthetisch) cold–60°C |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
|||||||
Wol/Handwas Laine/Lavage à main cold–40°C |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
|||||||||
Eco 40-60 |
• |
• |
• |
• |
||||||||||||
Power Wash 59´/32´ 40°C |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
||||||||
Snel 20' Rapide 20' 30°C |
• |
• |
• |
• |
• |
|||||||||||
Trommelreiniging/ Nettoyage Tambour (Zelfreinigend programma) |
• |
• |
||||||||||||||
Centrifugeren Essorage (Deel programma) |
• |
• |
||||||||||||||
Spoel&Impreg. Rinçage (Spoelen& Verzachten) (Deel programma) |
• |
• |
• |
• |
• |
|||||||||||
Baby Care (Babykleding) 40°C–90°C |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
||||||
Overhemden Chemises (Overhemden met stoom) cold–40°C |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
||||||
Sportkleding Textiles Sport (Sportkleding) cold–40°C |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
|||||||
Anti-Allergy 40°C–90°C |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
• |
||||||
|
Stap 6: Het wasprogramma starten
Druk op de (9) START/PAUZE- toets.
RESTERENDE TIJD TOT VOLTOOIING VAN HET PROGRAMMA of DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) (indien ingesteld) wordt op het display weergegeven.
Symbolen zullen op de geselecteerde functies worden verlicht.
Na het drukken op de (9) START/PAUZE-knop wordt de centrifugeersnelheid (behalve bij Drum clean (Zelfreinigend programma) en SPIN (CENTRIFUGEERSNELHEID/POMP STOP/AFPOMPEN)), kan het Kinderslot en Geluid uit worden aangepast/gewijzigd, terwijl andere instellingen niet kunnen worden gewijzigd.
Als de RESTERENDE TIJD TOT VOLTOOIING VAN HET PROGRAMMA driemaal op het display knippert en er klinkt een geluidssignaal, dan betekent dit dat de deur van de wasmachine open is of niet goed is gesloten. Sluit de deur van de wasmachine goed en druk opnieuw op toets (9) START/PAUZE, om verder te gaan met het wasprogramma.
Stap 7: Einde van het wasprogramma
De wasmachine geeft het einde van het wasprogramma aan met een geluidssignaal en
verschijnt op het display totdat de wasmachine overschakelt naar de stand-bymodus
of wordt uitgeschakeld. Na 5 minuten wordt het
-teken niet langer weergegeven.
-
Open de deur van de wasmachine.
-
Neem het wasgoed uit de trommel.
-
Droog het deurrubber en glas van de deur af.
-
Sluit de deur!
-
Sluit de waterkraan.
-
Schakel de wasmachine uit (draai de programmakeuzeknop (1) naar de positie OFF (UIT)
)
-
Koppel het netsnoer los van het stopcontact.
WASSEN IN STAPPEN (1–7)
Stap 1: Neem de labels op het wasgoed in acht
Online vindt u instructies die gedetailleerder zijn.
Stap 2: Voorbereiding van het wasgoed
Verdeel het wasgoed op soort textiel, kleur, mate van vuilheid en de toegestane wastemperatuur (zie PROGRAMMA TABEL).
Inschakeling van de wasmachine
Bij sommige modellen licht ook de trommel gedurende 5 minuten op bij inschakeling
van de machine.
(De lamp in de trommel van de wasmachine is niet geschikt voor ander gebruik.)
De lamp in de wastrommel mag alleen worden vervangen door de fabrikant, een onderhoudstechnicus of een bevoegd persoon.
Vullen van de wasmachine
Overlaad de trommel niet! Zie PROGRAMMA TABEL en let op uw nominale belasting zoals aangegeven op het typeplaatje.
Als de trommel te vol is, zal het wasgoed slechter worden gewassen.
Stap 3: Keuze van het wasprogramma
Het programma kiest u door de knop (1) naar links of naar rechts te draaien (afhankelijk van het soort wasgoed en de mate van vuilheid). Zie PROGRAMMA TABEL.
Het signaallampje naast het geselecteerde programma gaat branden.
Programma tabel
Programma |
Max. vulling |
Max. |
Omschrijving programma |
|||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Katoen Wit Coton Blanc 40°C–90°C |
*MAX |
MAX1) |
Programma voor het wassen van wit katoenen wasgoed, handdoeken, beddengoed, T-shirts, enz. Neem de wasvoorschriften in acht, aangegeven op de kleding. |
|||||||||||||||
Katoen Kleur Coton Couleurs cold–60°C |
*MAX |
MAX1) |
Programma voor gekleurd wasgoed van katoen. Neem de wasvoorschriften in acht, aangegeven op de kleding. |
|||||||||||||||
Mix (Gemengd wasgoed/Synthetisch) cold–60°C |
3,5 kg |
12002) |
Wasprogramma voor gevoelige kleding uit synthetische en gemengde vezels of uit viscose en voor eenvoudige verzorging van katoen. Neem de wasinstructies in acht, aangegeven op de labels van de kleding. |
|||||||||||||||
Wol/Handwas Laine/Lavage à main cold–40°C |
2 kg |
800 |
Zacht wasprogramma voor het wassen van wol, zijde en kleding die handmatig moet worden gewassen. |
|||||||||||||||
Eco 40-60 4) |
*MAX |
MAX1) |
Normaal vervuild katoenen wasgoed dat gezamenlijk in dezelfde cyclus kan worden gewassen op zowel 40°C als 60°C. Het programma wordt gebruikt om te beoordelen of de EU-wetgeving voor ecologisch ontwerp wordt nageleefd. |
|||||||||||||||
Power Wash 59´/32´ 40°C |
4 kg |
MAX1) |
Programma voor kleinere hoeveelheden licht vervuild wasgoed. Het programma duurt 59 minuten. Bij gebruik van de functie QUICKER (SNEL) duurt het programma 32 minuten. |
|||||||||||||||
Snel 20' Rapide 20' 30°C |
2,5 kg |
10002) |
Snel wasprogramma voor licht vervuild wasgoed dat alleen opgefrist hoeft te worden. |
|||||||||||||||
Trommelreiniging/ Nettoyage Tambour (Zelfreinigend programma) |
0 kg |
Dit programma wordt gebruikt voor het reinigen van de trommel en het verwijderen van resten wasmiddel en bacteriën. De trommel moet leeg zijn. Voeg geen wasmiddel en wasverzachter toe! U kunt een kleine hoeveelheid witte azijn (circa 2 dl) of natriumbicarbonaat (1 eetlepel of 15 g) toevoegen voor een effectieve ontkalking. Het verdient aanbeveling dat u het programma ten minste éénmaal per maand gebruikt. |
||||||||||||||||
Centrifugeren Essorage (Deel programma) |
/ |
MAX1) |
Gebruik het programma als u het wasgoed alleen wilt centrifugeren. Als u alleen het water uit de wasmachine wilt laten weglopen, zonder te centrifugeren, drukt u meerdere keren op (3) SPIN (CENTRIFUGEREN) totdat het lampje uit is. |
|||||||||||||||
Spoel&Impreg. Rinçage (Spoelen& Verzachten) (Deel programma) |
/ |
MAX1) |
Voor het verzachten, verstijven of impregneren van het gewassen wasgoed. Het kan ook worden gebruikt als spoelprogramma, maar voeg geen wasmiddel of wasverzachter toe. Het wordt aangevuld met een extra spoeling. |
|||||||||||||||
Baby Care (Babykleding) 40°C–90°C |
*MAX |
MAX1) |
We raden aan om de kledingstukken binnenstebuiten te keren, omdat hierdoor ook de huidresten of resten van huidverzorgingsproducten grondig worden uitgewassen. Het wasprogramma omvat een automatische voorwas en extra spoelbeurten. |
|||||||||||||||
Overhemden Chemises (Overhemden met stoom) cold–40°C |
3,5 kg |
1200 2) |
Programma voor het wassen van katoen, microvezels en kunststoffen, voor het wassen van boorden en manchetten. |
|||||||||||||||
Sportkleding Textiles Sport (Sportkleding) cold–40°C |
3,5 kg |
1200 2) |
Sportkleding van katoen, microvezels en synthetische vezels, met lagere centrifugeersnelheden en een korte laatste centrifugeercyclus. |
|||||||||||||||
Anti-Allergy 40°C–90°C |
*MAX |
MAX1) |
Dit wasprogramma wordt gebruikt voor het wassen van katoenen kledingstukken die speciale zorg nodig hebben, zoals kleding voor mensen met een zeer gevoelige huid of allergieën. Wij bevelen aan de kleding binnenstebuiten keren om zo huidschilfers en andere resten goed te kunnen verwijderen. |
|||||||||||||||
Start op afstand Départ à distance (Afstandsbediening) |
Gebruik het programma Afstandsbediening om uw apparaat op afstand te bedienen (via uw telefoon). Met de app kunt u ook extra programma’s selecteren. |
|||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||
Maximale of nominale belasting is van toepassing op wasgoed dat is voorbereid volgens de IEC 60456-norm.
Wasprogramma's met stoom
Het toevoegen van stoom aan het einde van het wassen maakt het wasgoed los, het wordt
enigszins ontsmet en somminge allergenen worden verwijderd.
Door het gebruik van stoom (druk op de toets 8) hoeft de was niet te worden verzacht, of kan de hoeveelheid wasverzachter worden
verminderd.
De wasmachine op afstand bedienen met de app
Zie het hoofdstuk WASSEN IN STAPPEN (1–7) en voer stap 1 en 2 uit.
Ga op het apparaat als volgt te werk:
-
Sluit de deur van de wasmachine en sluit de wasmiddellade.
-
Draai de programmakeuzeknop naar positie ConnectLife/REMOTE CONTROL (afstandsbediening).
-
Druk op de toets (9) START/PAUZE. De deur van het apparaat wordt vergrendeld en het indicatielampje van de afstandsbediening REMOTE START
wordt geactiveerd.
De bediening op afstand is gedurende de volgende 24 uur beschikbaar, zelfs als het apparaat overschakelt op de stand-bymodus. De deur is gedurende deze tijd vergrendeld en kan dus niet worden geopend. U kunt de bediening op afstand annuleren door op de toets (9) START/PAUZE te drukken.
Stap 4: Keuze instelling
Wijzig de instellingen door op de geselecteerde functie te drukken (voordat u op de (9) START/PAUZE-toets drukt).
Beschrijving van de functie-indicatoren voor het gekozen wasprogramma:
-
verlicht (Basis/preset-instelling);
-
gedimde verlichting (Functies die kunnen worden gewijzigd) en
-
onverlicht (Functies die niet kunnen worden geselecteerd).
|
TEMP. (WASTEMPERATUUR) Elk programma heeft een vooraf ingestelde temperatuur welke kan worden gewijzigd door op de positie (2) TEMP.. |
|
SPIN (CENTRIFUGEREN) (CENTRIFUGEERSNELHEID/POMP STOP/AFPOMPEN Om de centrifugeersnelheid aan te passen. Als u »Pompstop« kiest, verschijnt het symbool |
|
QUICKER (SNEL) Eerste druk – QUICKER (SNEL) Voor het programma Katoenwas raden wij een halve vulling aan. |
|
DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) Druk op de positie (7) DELAY END om de eindtijd van het programma met maximaal 24 uur uit te stellen. De wasmachine begint met het aftellen van de ingestelde tijd. Zodra de resterende uitgestelde eindtijd geleik is aan de programmaduur (bijv. 2:30), wordt het wasprogramma automatisch gestart. |
|
OPTIONS (EXTRA FUNCTIES) Eerste druk – ANTI CREASE (ANTI-KREUK); |
|
DOSE ASSIST De DOSE ASSIST-functie geeft de aanbevolen, optimale hoeveelheid poeder of vloeibaar wasmiddel aan volgens de geselecteerde instellingen. Functie instellen:
|
|
KINDERBEVEILIGING Schakel de functie in door gedurende minimaal 3 seconden tegelijkertijd de toetsen
(3) SPIN (CENTRIFUGEREN) (CENTRIFUGEERSNELHEID/POMP STOP/AFPOMPEN) en (5) QUICKER (EXTRA FUNCTIES) ingedrukt te houden. De selectie wordt bevestigd door een akoestisch
signaal en door een signaallampje (het symbool De kinderbeveiliging blijft actief, zelfs nadat de wasmachine is uitgeschakeld. |
|
GELUID AAN/UIT Om het geluid uit te schakelen, drukt u tegelijkertijd op de toetsen (5) QUICKER (SNEL) en (7) DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) en houdt u deze ten minste 3 seconden ingedrukt. |
|
Wi-Fi-MENU Met het Wi-Fi-menu kan verbinding met het apparaat worden gemaakt en de afstandsbedieningsfunctie worden gebruikt. Houd de toetsen (7) DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) en (8) OPTIONS (EXTRA FUNCTIES) tegelijkertijd 3 seconden ingedrukt om het Wi-Fi-instellingenmenu te openen. |
Stap 5: Extra functies selecteren
Activeer/deactiveer de functies door op de gewenste functie te drukken (voordat u op de (9) START/PAUZE -toets drukt).
Stap 6: Het wasprogramma starten
Druk op de (9) START/PAUZE- toets.
RESTERENDE TIJD TOT VOLTOOIING VAN HET PROGRAMMA of DELAY END (UITGESTELDE EINDTIJD) (indien ingesteld) wordt op het display weergegeven.
Symbolen zullen op de geselecteerde functies worden verlicht.
Na het drukken op de (9) START/PAUZE-knop wordt de centrifugeersnelheid (behalve bij Drum clean (Zelfreinigend programma) en SPIN (CENTRIFUGEERSNELHEID/POMP STOP/AFPOMPEN)), kan het Kinderslot en Geluid uit worden aangepast/gewijzigd, terwijl andere instellingen niet kunnen worden gewijzigd.
Stap 7: Einde van het wasprogramma
De wasmachine geeft het einde van het wasprogramma aan met een geluidssignaal en
verschijnt op het display totdat de wasmachine overschakelt naar de stand-bymodus
of wordt uitgeschakeld. Na 5 minuten wordt het
-teken niet langer weergegeven.
-
Open de deur van de wasmachine.
-
Neem het wasgoed uit de trommel.
-
Droog het deurrubber en glas van de deur af.
-
Sluit de deur!
-
Sluit de waterkraan.
-
Schakel de wasmachine uit (draai de programmakeuzeknop (1) naar de positie OFF (UIT)
)
-
Koppel het netsnoer los van het stopcontact.
ONDERBREKING EN VERANDERING VAN HET PROGRAMMA
Handmatige onderbbrekingen
Om een wasprogramma te stoppen en annuleren, draai de programmakeuzeknop (1) naar de positie OFF (UIT) . Signaallampjes zullen knipperen op het display. Tegelijkertijd pompt de wasmachine
het water uit de wastrommel. Wanneer het water is weggepompt, wordt de deur van de
wasmachine ontgrendeld. Als het water in de wasmachine heet is, zal de wasmachine
het automatisch laten afkoelen en vervolgens afpompen/legen.
Persoonlijke instellingen
Basis- of standaardinstellingen voor elk wasprogramma kunnen worden gewijzigd. Wanneer u het wasprogramma en de extra functies hebt gekozen, kan de combinatie worden opgeslagen door de toets (9) START/PAUZE in te drukken en gedurende 5 seconden vast te houden (de tijd wordt op het display afgeteld). Het symbool »SAVED« (»opgeslagen«) verschijnt op het display.
Het programma blijft opgeslagen totdat het met dezelfde procedure wordt gewijzigd.
Persoonlijke instellingen kunnen ook worden gereset naar de fabrieksinstellingen in het gebruikersmenu.
AdaptTech
Wanneer een instelling van een wasprogramma drie keer op rij wordt gebruikt, wordt deze instelling opgeslagen als standaardinstelling en wordt deze suggestie altijd getoond wanneer u het betreffende wasprogramma selecteert. Dit noemen wij de ADAPTTECH-functie. Als u de instellingen van een wasprogramma handmatig opslaat, wordt de ADAPTTECH-functie voor dit was- of wasprogramma gedeactiveerd.
Pauze toets
Het wasprogramma kunt u stoppen met een druk op toets (9) START/PAUZE. Het wasprogramma wordt tijdelijk onderbroken wanneer de symbolen voor het toerental bij het centrifugeren op het display afwisselend aan en uit gaan en de einde wastijd knippert. Als er zich in de trommel geen water bevindt en de temperatuur van het water is niet te hoog, wordt de deur na verloop van tijd ontgrendeld en kan worden geopend. Om het wasprogramma te hervatten, sluit u eerst de deur en drukt u vervolgens op de toets (9) START/PAUZE -toets.
Toevoegen/uitnemen van wasgoed tijdens de werking van de wasmachine
De deur van de wasmachine kan na een bepaalde tijd worden geopend, mits het niveau en de temperatuur van het water onder de gedefinieerde limiet liggen.
Als aan onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het elektronische deurslot ontgrendeld
en kan de wasmachinedeur worden geopend; verschijnt op het display:
-
de watertemperatuur in de trommel moet geschikt zijn,
-
het waterniveau in de trommel moet onder een bepaald niveau zijn.
Om wasgoed toe te voegen of uit te nemen moet u de volgende stappen nemen:
-
Druk op de (9) START/PAUSE -knop en houd deze 3 seconden vast
-
Als aan de voorwaarden voor het openen van de elektronische deursluiting is voldaan, kunt u de deur van de wasmachine openen en het wasgoed uit de trommel nemen of wasgoed toevoegen.
-
Sluit de deur van de wasmachine!
-
Druk op de (9) START/PAUZE- toets
Het wasprogramma gaat nu verder.
Als u tijdens het wassen een hoeveelheid wasgoed toevoegt, kan het wasgoed minder
efficiënt worden gewassen door het ontbreken van een hernieuwde gewichtsherkenning
van het wasgoed met als gevolg het wassen van het wasgoed in een kleinere hoeveelheid
water, wat ook kan leiden tot schade aan het wasgoed (droog wrijven).
Ook de wastijd kan hierdoor worden verlengd.
De wastijd wordt vervolgd, daar waar het wasprogramma werd onderbroken.
Fouten
In geval van een fout of storing wordt het programma onderbroken.
Er klinkt een geluidssignaal als waarschuwing (zie de FOUTEN- EN STORINGENTABEL) en de fout wordt op het display weergegeven (E:XX).
Storing stroomvoorziening
Bij uitval van de elektriciteit wordt het wasprogramma onderbroken. Wanneer de stroomtoevoer
is hersteld, wordt het wasprogramma hervat vanaf het punt waarop het werd onderbroken.
Na afloop van de wascyclus verschijnt afwisselend /
op het display. Dit informeert de gebruiker over een stroomstoring en over het effect
op de uitvoering van het wasprogramma.
De wastijd wordt vervolgd, daar waar het wasprogramma werd onderbroken.
Opening van de deur (tijdelijke onderbreking/definitieve beëindiging/verandering van het programma)
De deur van de wasmachine kan worden geopend bij voldoende laag niveau van het water in de wasmachine en als de temperatuur niet te hoog is.
Als de wasmachine niet is aangesloten op de netvoeding of als er tijdens de uitvoering van het programma een stroomstoring optreedt, kan de deur van de wasmachine niet worden geopend. In dat geval moet de wasmachine op de juiste wijze worden aangesloten of moet contact worden opgenomen met een servicemonteur.
Weergave van het aantal voltooide wascycli
(afhankelijk van het model)
Als u de stekker van het apparaat uit het stopcontact haalt, 10 seconden wacht en de stekker weer in het stopcontact steekt, verschijnt op het display gedurende 3 seconden informatie over het aantal voltooide wascycli. Na 3 seconden schakelt het apparaat over op de stand-by modus.
REINIGING EN ONDERHOUD
Ontkoppel de wasmachine vóór het schoonmaken van het elektriciteitsnet.
De doseerbak schoonmaken
De doseerbak moet tenminste iedere twee maanden worden gereinigd.
|
1Druk op het kleine lipje om de dispenserlade uit de behuizing te verwijderen. |
2Reinig de doseerbak onder stromend water met een borstel en droog hem daarna. Verwijder ook eventuele restanten van reinigingsmiddelen aan de onderkant van de behuizing. |
|
3Verwijder, indien nodig, de dop van het lipje. |
|
4Reinig de dop van het lipje onder stromend water en plaats deze terug. |
Was de doseerbak niet in de afwasmachine!
De watertoevoerslang, de behuizing van de doseerbak en het rubber van de pakking reinigen
|
1Reinig het filter regelmatig onder stromend water. |
2Gebruik een borstel om het volledige spoelgedeelte van de wasmachine te reinigen, met name de sproeiers aan de bovenzijde van de spoelkamer. |
|
3Verleng de gebruiksduur van het apparaat door na elke wasbeurt de rubberen pakking van de deur af te vegen en eventuele objecten eruit te halen die erin zijn blijven zitten. |
Het pompfilter reinigen
Tijdens het reinigen kan er wat water worden gemorst. Het wordt daarom aanbevolen om een absorberende doek op de vloer te leggen.
|
1Open de pompfilterdeksel met geschikt gereedschap (platte schroevendraaier of vergelijkbaar gereedschap). |
2Trek de uitvoertrechter eruit voordat u het pompfilter reinigt. Draai het pompfilter langzaam in de richting tegen de klok in. Trek het pompfilter eruit en verwijder het, zodat het water langzaam kan weglopen. |
|
3Reinig het pompfilter onder stromend water. |
|
4,5Verwijder alle voorwerpen en vuil uit het filterhuis en van het propellertje. Zet het pompfilter terug zoals weergegeven in de afbeelding en bevestig het door het met de klok mee te draaien. Voor een goede afdichting moet het oppervlak van de pompfilterpakking schoon zijn. |
Het is raadzaam om het pompfilter eenmaal per maand schoon te maken. Doe dit vaker als de machine wordt gebruikt voor het wassen van sterk pluizende, zeer vuile of oude was.
De buitenkant van de wasmachine schoonmaken
Koppel de wasmachine altijd los van het elektriciteitsnet voordat u het apparaat schoonmaakt.
Reinig de buitenkant van de machine en het display met een zachte, vochtige doek en wat water.
Gebruik geen oplosmiddelen of reinigingsmiddelen die de wasmachine kunnen beschadigen (neem de aanbevelingen en waarschuwingen van de fabrikant van het schoonmaakmiddel in acht).
Maak de wasmachine niet schoon met een waterstraal!
REINIGING EN ONDERHOUD
Ontkoppel de wasmachine vóór het schoonmaken van het elektriciteitsnet.
De doseerbak schoonmaken
De doseerbak moet tenminste iedere twee maanden worden gereinigd.
De watertoevoerslang, de behuizing van de doseerbak en het rubber van de pakking reinigen
Het pompfilter reinigen
Het is raadzaam om het pompfilter eenmaal per maand schoon te maken. Doe dit vaker als de machine wordt gebruikt voor het wassen van sterk pluizende, zeer vuile of oude was.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Wat te doen ...?
Tijdens het wassen moet de wasmachine automatisch de werking van bepaalde functies regelen. Als er een onregelmatigheid wordt vastgesteld, wordt dit aangegeven door (E:XX) op het display te laten zien. De wasmachine meldt de fout totdat deze is uitgeschakeld. Storingen in de omgeving (bijvoorbeeld het elektriciteitsnet) kunnen verschillende foutmeldingen tot gevolg hebben (zie FOUTEN- EN STORINGENTABEL).
In dat geval:
-
Schakel de wasmachine uit en wacht een paar seconden.
-
Schakel de wasmachine in en herhaal het wasprogramma.
-
De meeste fouten tijdens het gebruik kunnen door de gebruiker worden opgelost (zie FOUTEN- EN STORINGENTABEL).
-
Als de fout opnieuw optreedt, bel dan een erkende servicedienst.
-
Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door een voldoende opgeleid persoon.
In de onderstaande lijst staan alle fouten die kunnen worden weergegeven in de gebruikersinterface.
Fouten- en storingentabel
Fouten die kunnen worden weergegeven zijn:
Probleem/ Error (Fout) |
Indicatie op het display en probleemomschrijving |
Wat te doen? |
---|---|---|
|
Onjuiste instellingen |
Start het programma opnieuw. Neem contact op met een onderhoudstechnicus als de fout zich opnieuw voordoet. |
|
Fout in temperatuursensor |
Watertoevoer is te koud. Herhaal het wasprogramma. Als de wasmachine deze fout opnieuw meldt, bel dan een onderhoudstechnicus. |
|
Fout in de deurvergrendeling |
Controleer of de deur dicht is. Als u een geluidssignaal hoort nadat u op de toets (9) START/PAUZE hebt gedrukt, betekent dit dat de deur van de wasmachine niet gesloten is. Sluit de deur van de wasmachine. Neem het aansluitsnoer uit het stopcontact, plaats deze daarna opnieuw in het stopcontact en schakel de wasmachine in. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
Fout in de waterdosering |
Controleer:
dan, druk op de (9) START/PAUZE-toets om het programma te hervatten. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
Fout in de waterverwarming |
Start het programma opnieuw. Neem contact op met een onderhoudstechnicus als de fout zich opnieuw voordoet. |
|
Waterafvoerfout |
Controleer:
dan, druk op de (9) START/PAUZE-toets. Bel als de fout zich herhaalt de servicemonteur. |
Overmatige hoeveelheid wasmiddel |
Te veel wasmiddel kan een overmatige schuimvorming in de trommel veroorzaken. Zie
de beschrijving voor |
|
|
Waterlekkage gedetecteerd rondom/bij de wasmachine |
Zet de wasmachine uit en weer aan. Inspecteer de buitenkant van het apparaat. Als u geen lekkage vaststelt, kunt u de wasmachine blijven gebruiken. |
|
Fout bij waterniveausensor |
Neem het aansluitsnoer uit het stopcontact, plaats deze daarna opnieuw in het stopcontact en schakel de wasmachine in. Ontlucht het apparaat. Doe dit door het wasmachinefilter te legen en schoon te maken en de wandafvoer schoon te maken. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
Water stroomt over |
In het geval dat water in de trommel boven een bepaald niveau komt en op het display een fout wordt gemeld, wordt het wasprogramma onderbroken en wordt het water uit de wasmachine gepompt. Start het programma opnieuw. Neem contact op met een onderhoudstechnicus als de fout zich opnieuw voordoet. Sluit de watertoevoer en bel de servicedienst indien het water in de trommel boven een bepaald niveau komt, op het display een fout wordt gemeld, maar de wasmachine nog steeds water toevoegt. |
Overmatige hoeveelheid wasmiddel |
Te veel wasmiddel kan een overmatige schuimvorming in de trommel veroorzaken. Zie
de beschrijving voor |
|
|
Fout werking motor |
Herverdeel het wasgoed met de hand (vastzittend of in de knoop geraakt wasgoed) en herhaal het wasprogramma. |
|
Fout in de vergrendeling van de deur |
De deur is dicht en wil niet meer open. Schakel de wasmachine uit en daarna weer aan en start het wasprogramma opnieuw. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
Fout in de ontgrendeling van de deur |
De deur is gesloten, maar hij kan niet worden vergrendeld. Schakel de wasmachine uit en start het wasprogramma opnieuw. Neem contact op met een onderhoudstechnicus als de fout zich opnieuw voordoet. Om de deur te openen, zie hoofdstuk »ONDERBREKINGEN EN VERANDEREN VAN HET PROGRAMMA/Opening van de deur (tijdelijke onderbreking/definitieve beëindiging/verandering van het programma)«. |
|
Fout in de communicatie van de elektronica in de wasmachine |
Neem het aansluitsnoer uit het stopcontact, plaats deze daarna opnieuw in het stopcontact en schakel de wasmachine in. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
Waarschuwing van het systeem bij het detecteren van langdurige spanningsschommelingen van de wasmachine – 180 V > U > 260 V |
Er is een langdurige spanningsval onder de 180 V of er is een spanning van meer dan 260 V gedetecteerd, hetgeen de werking van de wasmachine kan beïnvloeden. Controleer de netvoeding waarop uw wasmachine is aangesloten. |
|
Waarschuwing van het systeem bij het detecteren van een onjuiste netfrequentie (50/60 Hz) |
Bij het inschakelen van de wasmachine detecteerde het systeem een verkeerde netfrequentie, wat de werking van de wasmachine kan beïnvloeden. Eventuele problemen met de netvoeding moeten worden opgespoord en worden verholpen. |
|
Apparaat kan geen verbinding maken met het netwerk. |
De fout is alleen van invloed op de mogelijkheid om uw wasprogramma op afstand te bedienen. De fout heeft geen gevolgen voor het wasproces van andere programma's. Bel een servicemonteur. |
De volgende waarschuwingen/informatie voor de gebruiker kunnen op het display worden weergegeven:
Waarschuwing/ Informatie |
Weergave op het display |
Oorzaak en beschrijving van de fout, wat te doen? |
---|---|---|
|
De ANTI CREASE (ANTI-KREUK) functie, die u als onderdeel van het wasprogramma hebt gekozen, is geactiveerd en wordt uitgevoerd. |
Om de functie ANTI CREASE (ANTI-KREUK) te annuleren of stoppen, draait u de programmakeuzeknop (1) naar OFF (UIT) |
|
Waarschuwing voor waterafvoe De waarschuwing |
Waarschuwing voor verminderde watertoevoer in de pompfase. Controleer het volgende:
|
|
Systeemwaarschuwing om de Drum clean (Zelfreinigend programma) te laten werken Aan het einde van het wasprogramma wordt op het display beurtelings de opschriften
|
Ga als volgt te werk als na het wassen de waarschuwing
Met het zelfreinigingsprogramma wordt de trommel gereinigd en worden wasmiddelresten
en bacteriën verwijderd. De trommel moet leeg zijn. Voeg geen wasmiddel of wasverzachter
toe! U kunt wat alcoholazijn (ongeveer 2 dl) of natriumcarbonaat (1 eetlepel/15 g)
toevoegen voor een effectieve ontkalking. Het is raadzaam om het programma ten minste
eenmaal per maand uit te voeren, of telkens wanneer de waarschuwing |
|
Het systeem geeft een waarschuwing bij de detectie van overmatig schuim tijdens het wasprogramma |
Bij overmatige schuimvorming in de wasmachine of lekkage van schuim via het doseerbakje moet het gewassen wasgoed grondig worden uitgespoeld met veel water. Kies een wasprogramma, maar voeg geen wasmiddel toe.
|
|
Waarschuwing bij stroomuitval (»PF«/Power Fail – Stroomuitval) |
Het systeem detecteerde een stroomstoring tijdens de voortgang van het wasprogramma, waardoor de uitvoering van het wasprogramma werd beïnvloed. Controleer de netvoeding waarop uw wasmachine is aangesloten. |
|
Waarschuwing stroomuitval (»PF/End«) |
Na afloop van de wascyclus worden op het display afwisselend |
|
Waarschuwing – U:Lo (spanning lager dan 180 V) |
Er is een langdurige spanningsdaling tot onder 180 V vastgesteld, wat de werking van de wasmachine kan beïnvloeden. Controleer de netvoeding waarop uw wasmachine is aangesloten. |
Het ingeschakelde display en alle toetsen reageren niet |
Trek de stekker uit het stopcontact. Controleer of de voedingsspanning geschikt is voor de wasmachine (220–240 V); steek vervolgens de stekker weer in het stopcontact en schakel de wasmachine in. |
|
|
Waarschuwing – U:Hi (spanning hoger dan 260 V) |
Er is een langdurige spanningspiek tot meer dan 260 V gedetecteerd, die de werking van de wasmachine kan beïnvloeden. Controleer de netvoeding waarop uw wasmachine is aangesloten. |
|
Wasmachine in stand-by voor voortzetting wasprogramma Symbolen voor keuze toerental bij centrifugeren gaan afwisselend aan en uit en de eindtijd indicatie knippert. |
Om het wasprogramma te hervatten, drukt u op de (9) START/PAUZE-toets. |
|
Voorbereiding voor deurontgrendeling Op het display knipperen afwisselend de lampjes. |
Wacht tot het proces is voltooid. Als er geen fout indicatie verschijnt, kunt u een nieuw programma starten. Het water dienst eerst afgepompt te worden. Wacht tot de deur ontgrendeld wordt. |
Het apparaat kan niet op afstand worden bediend |
De afstandsbediening van het apparaat is niet geactiveerd of ingeschakeld. Controleer of het symbool |
|
Het apparaat kan niet worden verbonden met het Wi-Fi-netwerk |
Het apparaat kan uw Wi-Fi-netwerk niet vinden. Controleer of het 2,4 GHz-netwerk is ingeschakeld op uw router en ga na of het Wi-Fi-signaal van het apparaat sterk genoeg is. |
Lawaai en vibraties – controleer of de poten goed zijn uitgelijnd en de borgmoeren goed zijn aangedraaid.
Ongelijk verdeelde was of aan elkaar klevend wasgoed in de trommel van de wasmachine
kunnen problemen veroorzaken, zoals trillingen en luidruchtige geluiden. De wasmachine
detecteert dergelijke problemen en het UKS * (* stabiliteitscontrolesysteem) wordt
geactiveerd.
Kleinere wasjes (bijvoorbeeld een handdoek, een trui, een badjas enz.) of kleding
gemaakt van materialen met speciale geometrische eigenschappen zijn vrijwel onmogelijk
gelijkmatig over de trommel van de wasmachine (pantoffels, grote voorwerpen enz.)
te verdelen. Dit resulteert in verschillende pogingen om het wasgoed opnieuw te verdelen,
wat op zijn beurt leidt tot een langere programmaduur. In extreme gevallen van ongunstige
omstandigheden kan het programma worden voltooid zonder de centrifugeercyclus.
Het UKS*(*stabiliteitscontrolesysteem) zorgt voor een stabiele werking en een langere
levensduur van de wasmachine.
Als de problemen aanhouden ondanks het bovenstaande advies, neem dan contact op met een erkende onderhoudstechnicus.
Service
Voordat u de servicedienst belt
Wanneer u contact opneemt met een servicecentrum, vermeld dan het type (1), code / ID (2), modelnummer (3) en serienummer (4) van uw wasmachine.
Het type, de code, het model en het serienummer van de wasmachine kunt u vinden op het typeplaatje aan de binnenzijde van de deur van de wasmachine.
Gebruik in geval van een defect uitsluitend reserve-onderdelen van gemachtigde fabrikanten.
Het verhelpen van defecten of reclamaties als gevolg van onjuiste aansluiting of gebruik van de wasmachine vallen niet onder de garantie. De kosten van de reparatie dekt de gebruiker zelf.
De garantie dekt geen verbruiksartikelen, kleine kleurafwijkingen, meer geluid als gevolg van de leeftijd van het apparaat en die de functionaliteit van het apparaat niet aantasten, en esthetische defecten aan componenten die de functionaliteit en veiligheid van het apparaat niet aantasten.
De garantie dekt niet de fouten of storingen die het gevolg zijn van storingen in de omgeving (blikseminslag, storingen aan het elektriciteitsnet, natuurrampen enz.).
Meld eventuele storingen bij uw lokale callcenter of op de website www.gorenje.com.Alle informatie is te vinden in de meegeleverde garantieverklaring. De contactgegevens van het erkende servicecentrum in uw omgeving zijn te vinden in de garantieverklaring bij het apparaat en op de website die te bereiken is via de QR-code op het typeplaatje (zie hoofdstuk »BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE/Technische gegevens«).
Een aantal eenvoudige fouten uit het hoofdstuk »PROBLEMEN OPLOSSEN/Fouten- en storingentabel« kunnen door de gebruiker zelf zonder gevaar voor eigen veiligheid en zonder dat dit gevolgen heeft voor de garantie worden verholpen aan de hand van de instructies uit de tabel.
Voor de wasmachine die u hebt gekocht, zijn gedurende 10 jaar reserveonderdelen verkrijgbaar
waarmee de juiste werking van het apparaat kan worden gegarandeerd.
Een lijst met de reserveonderdelen is te vinden op de volgende website: https://partners.gorenje.com/GSD/gsd_public.aspx
PROBLEMEN OPLOSSEN
Fouten- en storingentabel
In de onderstaande lijst staan alle fouten die kunnen worden weergegeven in de gebruikersinterface.
Probleem/ Error (Fout) |
Foutomschrijving Wat te doen? |
|
---|---|---|
E:02 |
Fout in de deurvergrendeling Controleer of de deur dicht is. Als u een geluidssignaal hoort nadat u op de toets (9) START/PAUZE hebt gedrukt, betekent dit dat de deur van de wasmachine niet gesloten is. Sluit de deur van de wasmachine. Neem het aansluitsnoer uit het stopcontact, plaats deze daarna opnieuw in het stopcontact en schakel de wasmachine in. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
E:03 |
Fout in de waterdosering Controleer:
dan, druk op de (9) START/PAUZE-toets om het programma te hervatten. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
E:07 |
Waterafvoerfout Controleer:
dan, druk op de (9) START/PAUZE-toets. Bel als de fout zich herhaalt de servicemonteur. |
|
Overmatige hoeveelheid wasmiddel Te veel wasmiddel kan een overmatige schuimvorming in de trommel veroorzaken. Zie
de beschrijving voor |
||
E:09 |
Waterlekkage gedetecteerd rondom/bij de wasmachine Zet de wasmachine uit en weer aan. Inspecteer de buitenkant van het apparaat. Als u geen lekkage vaststelt, kunt u de wasmachine blijven gebruiken. |
|
E:10 |
Fout bij waterniveausensor Neem het aansluitsnoer uit het stopcontact, plaats deze daarna opnieuw in het stopcontact en schakel de wasmachine in. Ontlucht het apparaat. Doe dit door het wasmachinefilter te legen en schoon te maken en de wandafvoer schoon te maken. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
E:11 |
Water stroomt over In het geval dat water in de trommel boven een bepaald niveau komt en op het display een fout wordt gemeld, wordt het wasprogramma onderbroken en wordt het water uit de wasmachine gepompt. Start het programma opnieuw. Neem contact op met een onderhoudstechnicus als de fout zich opnieuw voordoet. Sluit de watertoevoer en bel de servicedienst indien het water in de trommel boven een bepaald niveau komt, op het display een fout wordt gemeld, maar de wasmachine nog steeds water toevoegt. |
|
Overmatige hoeveelheid wasmiddel Te veel wasmiddel kan een overmatige schuimvorming in de trommel veroorzaken. Zie
de beschrijving voor |
||
E:12 |
Fout werking motor Herverdeel het wasgoed met de hand (vastzittend of in de knoop geraakt wasgoed) en herhaal het wasprogramma. |
|
E:22 |
Fout in de vergrendeling van de deur De deur is dicht en wil niet meer open. Schakel de wasmachine uit en daarna weer aan en start het wasprogramma opnieuw. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
E:23 E:24 |
Fout in de ontgrendeling van de deur De deur is gesloten, maar hij kan niet worden vergrendeld. Schakel de wasmachine uit en start het wasprogramma opnieuw. Bel de servicedienst als de fout zich herhaalt. |
|
E:40 |
Waarschuwing van het systeem bij het detecteren van langdurige spanningsschommelingen van de wasmachine – 180 V > U > 260 V Er is een langdurige spanningsval onder de 180 V of er is een spanning van meer dan 260 V gedetecteerd, hetgeen de werking van de wasmachine kan beïnvloeden. Controleer de netvoeding waarop uw wasmachine is aangesloten. |
De volgende waarschuwingen/informatie voor de gebruiker kunnen op het display worden weergegeven:
Waarschuwing/ Informatie |
Omschrijving waarschuwing Wat te doen? |
|
---|---|---|
|
De ANTI CREASE (ANTI-KREUK) functie, die u als onderdeel van het wasprogramma hebt gekozen, is geactiveerd en wordt uitgevoerd. Om de functie ANTI CREASE (ANTI-KREUK) te annuleren of stoppen, draait u de programmakeuzeknop (1) naar OFF (UIT) |
|
|
Waarschuwing voor waterafvoe De waarschuwing Waarschuwing voor verminderde watertoevoer in de pompfase. Controleer het volgende:
|
|
|
Systeemwaarschuwing om de Drum clean (Zelfreinigend programma) te laten werken Aan het einde van het wasprogramma wordt op het display beurtelings de opschriften
Ga als volgt te werk als na het wassen de waarschuwing
Met het zelfreinigingsprogramma wordt de trommel gereinigd en worden wasmiddelresten
en bacteriën verwijderd. De trommel moet leeg zijn. Voeg geen wasmiddel of wasverzachter
toe! U kunt wat alcoholazijn (ongeveer 2 dl) of natriumcarbonaat (1 eetlepel/15 g)
toevoegen voor een effectieve ontkalking. Het is raadzaam om het programma ten minste
eenmaal per maand uit te voeren, of telkens wanneer de waarschuwing |
|
|
Het systeem geeft een waarschuwing bij de detectie van overmatig schuim tijdens het wasprogramma Bij overmatige schuimvorming in de wasmachine of lekkage van schuim via het doseerbakje moet het gewassen wasgoed grondig worden uitgespoeld met veel water. Kies een wasprogramma, maar voeg geen wasmiddel toe.
|
|
|
Waarschuwing bij stroomuitval (»PF«/Power Fail – Stroomuitval) Het systeem detecteerde een stroomstoring tijdens de voortgang van het wasprogramma, waardoor de uitvoering van het wasprogramma werd beïnvloed. Controleer de netvoeding waarop uw wasmachine is aangesloten. |
|
|
Waarschuwing stroomuitval (»PF/End«) Na afloop van de wascyclus worden op het display afwisselend |
|
|
Waarschuwing – U:Lo (spanning lager dan 180 V) Er is een langdurige spanningsdaling tot onder 180 V vastgesteld, wat de werking van de wasmachine kan beïnvloeden. Controleer de netvoeding waarop uw wasmachine is aangesloten. |
|
Het ingeschakelde display en alle toetsen reageren niet Trek de stekker uit het stopcontact. Controleer of de voedingsspanning geschikt is voor de wasmachine (220–240 V); steek vervolgens de stekker weer in het stopcontact en schakel de wasmachine in. |
||
|
Waarschuwing – U:Hi (spanning hoger dan 260 V) Er is een langdurige spanningspiek tot meer dan 260 V gedetecteerd, die de werking van de wasmachine kan beïnvloeden. Controleer de netvoeding waarop uw wasmachine is aangesloten. |
|
|
Wasmachine in stand-by voor voortzetting wasprogramma Symbolen voor keuze toerental bij centrifugeren gaan afwisselend aan en uit en de eindtijd indicatie knippert. Om het wasprogramma te hervatten, drukt u op de (9) START/PAUZE-toets. |
|
Het apparaat kan niet op afstand worden bediend De afstandsbediening van het apparaat is niet geactiveerd of ingeschakeld. Controleer of het symbool |
||
Het apparaat kan niet worden verbonden met het Wi-Fi-netwerk Het apparaat kan uw Wi-Fi-netwerk niet vinden. Controleer of het 2,4 GHz-netwerk is ingeschakeld op uw router en ga na of het Wi-Fi-signaal van het apparaat sterk genoeg is. |
||
Weergave van het aantal voltooide wascycli (afhankelijk van het model) Als u de stekker van het apparaat uit het stopcontact haalt, 10 seconden wacht en de stekker weer in het stopcontact steekt, verschijnt op het display gedurende 3 seconden informatie over het aantal voltooide wascycli. Na 3 seconden schakelt het apparaat over op de stand-by modus. |
Service
Voordat u de servicedienst belt
|
Wanneer u contact opneemt met een servicecentrum, vermeld dan het type (1), code / ID (2), modelnummer (3) en serienummer (4) van uw wasmachine. Het type, de code, het model en het serienummer van de wasmachine kunt u vinden op het typeplaatje aan de binnenzijde van de deur van de wasmachine. |
Gebruik in geval van een defect uitsluitend reserve-onderdelen van gemachtigde fabrikanten.
Het verhelpen van defecten of reclamaties als gevolg van onjuiste aansluiting of gebruik van de wasmachine vallen niet onder de garantie. De kosten van de reparatie dekt de gebruiker zelf.
De garantie dekt geen verbruiksartikelen, kleine kleurafwijkingen, meer geluid als gevolg van de leeftijd van het apparaat en die de functionaliteit van het apparaat niet aantasten, en esthetische defecten aan componenten die de functionaliteit en veiligheid van het apparaat niet aantasten.
De garantie dekt niet de fouten of storingen die het gevolg zijn van storingen in de omgeving (blikseminslag, storingen aan het elektriciteitsnet, natuurrampen enz.).
Meld eventuele storingen bij uw lokale callcenter of op de website www.gorenje.com.Alle informatie is te vinden in de meegeleverde garantieverklaring. De contactgegevens van het erkende servicecentrum in uw omgeving zijn te vinden in de garantieverklaring bij het apparaat en op de website die te bereiken is via de QR-code op het typeplaatje (zie hoofdstuk »BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE/Technische gegevens«).
AANBEVELINGEN VOOR WASSEN EN ECONOMISCH GEBRUIK UW WASMACHINE
Was nieuw gekleurde kledingstukken apart.
Was sterk bevuild wasgoed in kleinere hoeveelheden, met meer poedervormig wasmiddel of met een voorwascyclus.
Bij licht vervuild wasgoed raden we een programma aan zonder een voorwas, gebruik van kortere programma's (bijvoorbeeld QUICKER) en een lagere was temperatuur.
Breng een speciale vlekverwijderaar aan op hardnekkige vlekken voor het wassen.
Gebruik van bleekmiddelen op basis van chloor wordt niet aanbevolen, omdat ze de verwarmer kunnen beschadigen.
Wassen op lage temperaturen en/of met vloeibaar wasmiddel kan leiden tot het ontstaan van micro-organismen en tot een onprettige geur in de wasmachine. Laat de deur van de wasmachine na elk gebruik open staan, zodat het apparaat kan drogen. Voer het trommelreinigingsprogramma (Drum clean) uit als u een onprettige geur waarneemt.
Gebruik, om kalkaanslag te voorkomen en verwijderen, alleen middelen met toegevoegde anticorrosiebescherming. Volg de instructies van de fabrikant van het middel op. Voor het verwijderen van kalkaanslag is het raadzaam om het trommelreinigingsprogramma (DRUM CLEAN) te starten en alcoholazijn (2 dl) toe te voegen.
Het is niet raadzaam om zeer kleine hoeveelheden wasgoed te wassen, omdat dit tot
overmatig energieverbruik en slechtere wasprestaties leidt.
U kunt energie en water besparen door voor elk programma de wasmachine te vullen met
de door de fabrikant aangegeven hoeveelheid.
De volgende informatie is te vinden via de QR AUID-code op het typeplaatje (zie hoofdstuk »BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE/Technische gegevens«):
-
de nominale capaciteit in kg;
-
de duur van het programma in uren en minuten;
-
het energieverbruik per cyclus in kWh;
-
het waterverbruik;
-
de maximale temperatuur die wordt bereikt in de trommel van de machine;
-
de hoeveelheid restvocht na het wassen en centrifugeren.
Bij hogere centrifugesnelheden zal er minder restvocht in het wasgoed achterblijven. Dientengevolge, zal het drogen in een wasdroger economischer en sneller zijn.
Ontvouw opgevouwen wasgoed voordat u het in de trommel plaatst.
Als de waterhardheid hoger is dan 14°dH, moet waterverzachter worden gebruikt. Verwarmingsschade als gevolg van onjuist gebruik van waterverzachters valt niet onder de garantie. Controleer de informatie over waterhardheid bij uw plaatselijke waterleidingbedrijf of autoriteit.
Doseerbak
Voeg geen geharde brokken poederwasmiddel toe aan de wasmiddeldoseersysteem, omdat dit de leidingen in de wasmachine kan verstoppen.
|
1Een separator/verdelerlip wordt bij de wasmachine geleverd, waardoor vloeibaar wasmiddel
aan het hoofdwascompartiment kan worden toegevoegd |
2Poeder en vloeibaar wasmiddelniveau-indicator |
|
3Als u waspoeder gebruikt, moet de lip van de afscheider/verdeler worden opgetild. |
|
4Bij gebruik van vloeibaar wasmiddel moet het lipje van de afscheider/verdeler naar beneden worden geplaatst. |
De symbolen voor de wasmiddel doseerbakken |
|
---|---|
|
voorwas |
|
hoofdwas |
|
verzachten |
Wasmiddelen
Wasmiddelen met het milieu teken zijn minder schadelijk voor het milieu.
Doseer de wasmiddelen overeenkomstig de aanbevelingen van de fabrikant van het wasmiddel. Op de verpakking van het wasmiddel staat de hoeveelheid wasmiddel aangegeven voor bepaalde vulhoeveelheid en hardheid van het water.
Gebruik voor een juiste wasmiddeldosering, met name bij vloeibaar wasmiddel, de door de fabrikant van het wasmiddel meegeleverde accessoires.
We raden aan poedervormig wasmiddel direct voordat u gaat wassen toe te voegen. Als u het toevoegt, zorg dan dat het wasmiddelcompartiment in de dispenser volledig droog is voordat u het poederreinigingsmiddel toevoegt, anders kan het poedervormig wasmiddel voor het begin van het was proces samenklonteren.
Giet de wasverzachter in de dispenser, in het compartiment met het -symbool. Neem de aanbeveling op de verpakking van de wasverzachter in acht.
Giet de wasverzachter in de dispenser, in het compartiment met het -symbool. Neem de aanbeveling op de verpakking van de wasverzachter in acht.
Geschikte wasmiddelen
Gebruik alleen wasmiddelen voor machinewas.
Bij het gebruik van dikke vloeibare wasverzorgingsproducten, raden wij aan ze te verdunnen
met water om verstopping van de doseerbak te voorkomen.
Vloeibare wasmiddelen zijn bedoeld voor het wassen van programma's zonder een voorwascyclus.
Zie hoofdstuk »WASSEN IN STAPPEN (1–7)/Stap 3: Aanbevelingen voor wasmiddelen volgens Verordening (EU) nr. 1015/2010«.
U kunt elk modern wasmiddel gebruiken dat bedoeld is voor huishoudelijke wasmachines. Op de verpakking van het wasmiddel zijn instructies te vinden voor het gebruik en de dosering. Deze gelden bij een maximale belading van de machine.
De wasmiddeldosering hangt af van:
-
de mate van vervuiling van het wasgoed;
-
de hoeveelheid wasgoed, en
-
de hardheid het water.
Waterhardheid |
Hardheid niveaus |
|||
---|---|---|---|---|
°dH (°N) |
m mol/l |
°fH (°F) |
p.p.m. |
|
1 - zacht |
< 8,4 |
< 1,5 |
< 15 |
< 150 |
2 - normaal |
8,4–14 |
1,5–2,5 |
15–25 |
150–250 |
3 - hard |
> 14 |
> 2,5 |
> 25 |
> 250 |
Controleer de informatie over waterhardheid bij uw plaatselijke waterleidingbedrijf of autoriteit.
Doseringsaccessoires
Gebruik voor een juiste wasmiddeldosering, met name bij vloeibaar wasmiddel, de door de fabrikant van het wasmiddel meegeleverde accessoires.
Wasverzachter
Giet de wasverzachter in de dispenser, in het compartiment met het -symbool. Neem de aanbeveling op de verpakking van de wasverzachter in acht.
Vul het wasverzachtercompartiment niet over het max. markering (maximaal aangegeven niveau). Anders wordt de verzachter te snel aan de was toegevoegd, wat leidt tot een slecht was effect.
Tips voor het verwijderen van vlekken
Voordat u speciale vlekverwijderaars gebruikt, probeer de natuurlijke methoden op minder hardnekkige vlekken, die het milieu niet schaden.
Snelle actie is echter vereist! Week de vlek met een absorberende spons of een papieren handdoek; spoel dan af met koud (lauw) water – maar nooit met heet water!
Bij het gebruik van bleekmiddel of vlekkenverwijderingsmiddel bestaat het gevaar van roestvorming (corrosievorming) en kleurverandering van de machine.
Om het milieu te beschermen, raden we af om krachtige chemicaliën te gebruiken.
Vlekken |
Vlekken verwijderen |
---|---|
Modder |
Als de vlek droog is, schraap het eerst van het kledingstuk voordat u het in de wasmachine wast. Als de vlek hardnekkig is, moet u hem weken vóór het wassen met een vlekverwijderaar op basis van enzymen. Als de vlek niet hardnekkig is, was het wasgoed dan met vloeibaar wasmiddel of waspoeder en water voor het wassen. |
Antiperspirant |
Voordat u in de wasmachine wast, moet u vloeibaar wasmiddel op het wasgoed aanbrengen. Breng vlekverwijderaars aan op hardnekkige vlekken. U kunt ook bleekmiddel op zuurstofbasis voor de was gebruiken. |
Thee |
Laat het wasgoed weken of spoel het in koud water en voeg zo nodig een vlekverwijderaar toe. |
Chocolade |
Laat het wasgoed inweken of spoel het uit met lauw water met zeepsop. Breng vervolgens citroensap aan en spoel af. |
Inkt |
Breng vlekverwijderaars aan op de vlek voordat u in de wasmachine wast. U kunt ook gedenatureerde alcohol gebruiken. Keer het kledingstuk binnenste buiten en plaats een papieren handdoek onder de vlek. Gebruik de alcohol op de achterkant van de vlek. Aan het einde van het proces het kledingstuk grondig uitspoelen. |
Viltstiften |
Verdun wat zetmeel in water en breng het op de vlek aan. Wanneer het droogt, schraap het weg met een borstel; Was het kledingstuk vervolgens in de wasmachine. |
Babyvoeding (urine, modder, voedselvlekken) |
Laat de vlekken minstens een half uur in lauw water weken, voordat u het wasgoed in de wasmachine wast. Voeg voor vlekverwijdering een op enzymen gebaseerde vlekverwijderaar toe. |
Gras |
Week het wasgoed in een vlekverwijderaar op basis van enzymen, voordat u het wasgoed in de wasmachine wast. Grasvlekken kunnen ook worden verwijderd door gedurende ongeveer 1 uur te weken in verdund citroensap of gedistilleerde azijn. |
Eieren |
Doordrenk het kledingstuk in een op enzymen gebaseerde vlekverwijderaar. Week in koud water gedurende minimaal 30 minuten of een paar uur als de vlekken hardnekkig zijn. Was vervolgens in de wasmachine. |
Koffie |
Week het kledingstuk in zout water. Als de vlek niet vers is, kunt u hem weken in een mengsel van glycerine, ammonia en alcohol. |
Schoensmeer |
Breng frituurolie aan op de vlek en spoel af. |
Bloed |
Als de vlek vers is: spoel de stof af met koud water en was het in de wasmachine. Verse vlekken – spoel het kledingstuk af met koud water en was het in de wasmachine. Gedroogde vlekken – week het kledingstuk in een op enzymen gebaseerde vlekverwijderaar. Was vervolgens in de wasmachine. Als de vlek niet verdwijnt, probeer het dan te verwijderen met een bleekmiddel dat geschikt is voor uw kledingstuk. |
Lijm, kauwgom |
Plaats het kledingstuk in een zak en zet het in de vriezer tot de vlek hard wordt. Verwijder het vervolgens met een bot mes. Verdun vervolgens de vlek met een vlekverwijderaar en spoel grondig na. Was vervolgens het wasgoed zoals gewoonlijk. |
Makeup |
Gebruik een vlekkenverwijderaar voor de voorwas; dan in de wasmachine wassen. |
Boter |
Breng een vlekverwijderaar aan op de vlek voordat u in de wasmachine wast. Spoel vervolgens af met heet water (zo heet als de stof toelaat). |
Melk |
Doordrenk het kledingstuk in een op enzymen gebaseerde vlekverwijderaar. Week minstens 30 minuten of een paar uur als de vlekken hardnekkig zijn. Was vervolgens in de wasmachine. |
Fruit sap |
Breng een mengsel van zout en water aan op de vlek. Laat het een tijdje inwerken en spoel het daarna uit. U kunt natriumbicarbonaat, gedistilleerde azijn of citroensap op de vlek aanbrengen voordat u het in de wasmachine wast. Gebruik glycerine voor oude vlekken. Na 20 minuten afspoelen met koud water en daarna het wasgoed in de wasmachine wassen. |
Wijn |
Laat het wasgoed minstens 30 minuten in koud water weken. Gebruik ook een vlekkenverwijderaar. Was vervolgens in de wasmachine. |
Wax |
Leg het kledingstuk in de vriezer tot de was hard wordt. Schraap de wax vervolgens van het wasgoed af. Verwijder de resterende wax door een papieren handdoek op de vlek te leggen en verwarm deze vervolgens met een strijkbout totdat het papier de wax absorbeert. |
Zweet |
Breng voor het wassen in de wasmachine vloeibaar wasmiddel aan op de vlek. |
Standby stand
Als u geen enkel programma uitvoert of instellingen kiest nadat u de wasmachine hebt ingeschakeld (programmakeuzeknop (1)), wordt het display na 5 minuten uitgeschakeld en overgeschakeld naar de stand-bymodus om energie te besparen.
Het display kan weer worden geactiveerd door de programmakeuzeknop (1) te draaien. Als u niets doet nadat het programma is voltooid, wordt het display na 5 minuten uitgeschakeld om energie te besparen.
P o = gemiddeld vermogen in uitgeschakelde toestand [W] |
< 0,5 |
P I = gemiddeld vermogen in standby stand [W] |
< 0,5 |
T I = tijd in standby stand [min] |
5,00 |
Apparaat met draadloze verbinding verbruikt minder dan 2 W elektrische energie in de stand-bystand.
Link naar de EPREL-database van de EU
Sinds 1 maart 2021 is informatie over eisen voor energie-etikettering en ecologisch ontwerp beschikbaar in de EPREL-productdatabase van de EU.
De QR-code op het energielabel dat met het apparaat is meegeleverd, bevat een weblink
waarmee u uw geregistreerde product kunt opzoeken in de EPREL-database van de EU.
In deze database is ook informatie te vinden over de prestaties van het product. De
database is te vinden op https://eprel.ec.europa.eu.Vul hier het model en productnummer in. Deze zijn te vinden op het typeplaatje van
het apparaat. Op de website www.theenergylabel.eu kunt u meer informatie vinden over het energielabel.
Bewaar het energielabel voor het geval u het in de toekomst weer nodig hebt, samen met de gebruikershandleiding en overige met het apparaat meegeleverde documenten.
AFDANKEN
Voor de verpakking van de producten worden milieuvriendelijke materialen gebruikt die zonder gevaar voor het milieu verwerkt (gerecycleerd), gedeponeerd of vernietigd kunnen worden. De verpakking is overeenkomstig gemarkeerd. |
|
|
Het symbool op het product of de verpakking geeft aan dat het product bij afdanking niet behandeld mag worden als gewoon huisafval. Het product moet afgevoerd worden naar een verzamelplaats voor de verwerking van elektrische en elektronische uitrusting. |
Wanneer u een apparaat weggooit, verwijder dan aan het einde van de levensduur alle stroomkabels en vernietig de deurvergrendeling en -schakelaar om te voorkomen dat de deur wordt vergrendeld (kinderbeveiliging). |
|
Met de juiste manier van afdanken van het product helpt u mee aan het voorkomen van mogelijke negatieve gevolgen en invloeden op het milieu en menselijke gezondheid die zich kunnen voordoen bij een onjuist afdanken van het product. Wend u voor meer gedetailleerde informatie tot het gemeentelijk orgaan voor afvalverwijdering, de gemeentediensten of tot de winkel, waar u het product heeft gekocht. |
AFDANKEN
|
Voor de verpakking van de producten worden milieuvriendelijke materialen gebruikt die zonder gevaar voor het milieu verwerkt (gerecycleerd), gedeponeerd of vernietigd kunnen worden. De verpakking is overeenkomstig gemarkeerd. |
Het symbool op het product of de verpakking geeft aan dat het product bij afdanking niet behandeld mag worden als gewoon huisafval. Het product moet afgevoerd worden naar een verzamelplaats voor de verwerking van elektrische en elektronische uitrusting. |
|
Wanneer u een apparaat weggooit, verwijder dan aan het einde van de levensduur alle stroomkabels en vernietig de deurvergrendeling en -schakelaar om te voorkomen dat de deur wordt vergrendeld (kinderbeveiliging). |
|
Met de juiste manier van afdanken van het product helpt u mee aan het voorkomen van mogelijke negatieve gevolgen en invloeden op het milieu en menselijke gezondheid die zich kunnen voordoen bij een onjuist afdanken van het product. Wend u voor meer gedetailleerde informatie tot het gemeentelijk orgaan voor afvalverwijdering, de gemeentediensten of tot de winkel, waar u het product heeft gekocht. |
Aantekeningen
Wij behouden ons het recht voor tot veranderingen en mogelijke fouten in deze gebruiksaanwijzingen.